Posts tonen met het label Woordelijk. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Woordelijk. Alle posts tonen

zaterdag 5 oktober 2024

VAN DE POT GEPLEURD.

De dochter van mijn buurvrouw, Neel (79), is geen katje om zonder handschoenen aan te pakken. Sinds Neel aan het kwakkelen is, neemt Ria (56) haar moeder heel veel werk uit handen.


Persoonlijk ben ik ben blij dat Ria ergens in Capelle woont en niet naast me. Maar héél erg veel verschil maakt dat eigenlijk ook weer niet want ook vanuit haar woonplaats Capelle is ze in Prinsenland bijna woordelijk te volgen.

Ze neemt nooit een blad voor haar mond. Buurvrouw Neel, die nu bijna tachtig is, had kort voordat het wat minder met haar ging het idee opgevat om een glazenwasser in te huren voor … ja, natuurlijk voor de ramen te zemen, logisch. Dat kost haar 15 euro voor twee grote ramen: eentje aan de voorkant eentje aan de achterkant.

Op mijn balkon ben ik even bezig mijn planten water te geven. Het had al een tijd niet meer geregend dus de plantjes hebben wel trek.

Ria, zit ook op het balkon, pal naast het mijne. Ze zit een sjekkie te roken. Zware van de weduwe … heerlijk ruikt dat. Ze kan me van daaruit zien zitten op mijn simpele balkonstoeltje maar ze kijkt om de een of andere reden altijd star de andere kant op. Ik zit rielekst mijn krantje te lezen.

Neel komt op het andere balkonnetje met thee aanzetten ‘lekker weertje , hè Rie?’ en ze gaat gaat vertellen wat ze denkt te gaan doen met het ramen zemen.

‘BEN JE HELEMAAL BEGODVERREDOMD? GEEFT ME HET TELEFOONNUMMER VAN DIE PAARDENLUL, DAN BELT IK HEM GELIJK AF, MA.’

Resoneert het in de wijde omtrek.

‘DIE 15 EURO HEBBIE VEELSTE HARD GENOEG NODIG VOOR JE VRETEN. DIE RAMEN KEN IK TOCH VOOR JE DOEN. GODVERDOMME!! DAT WEET JE TOCH WEL. JE BENT TOCH NIET HELEMAAL VAN DE POT GEPLEURD, MA?!

Van schrik liet ik m’n krantje uit mijn handen vallen. Ik las net iets over oudermishandeling. Maar daarvan was in dit geval in de verste verte geen sprake.

Neel zou ik pas een paar dagen later weer zien. Zij vertoont zich uitsluitend bij lekker weer op haar balkon.
‘Wat ging je dochter van de week tegen je tegen keer, Neel! Zou ik tegen mijn moeder niet durven’.

‘Ach ja, zo is Ria nu eenmaal, Jos! Ze doet ook zò veel voor me. Heel lief. Gisteren zei ze nog:
’Ik doet het allemaal zo graag voor jòù, ma. Jij ben ook altijd zo goed voor òns geweest.’

woensdag 11 januari 2023

HET ECHTELIJK TWISTSPEL

Ze schreeuwden zo hard dat ze ons wakker maakten. Onze  bovenburen. Woordelijk kunnen we ze niet horen. Het is nu eens een hoog krijsend vrouwengeluid en dan weer een laag bassende man. Er werd ook met dingen gegooid. Leek soms wel het gerinkel van glaswerk. Een doffe dreun van een fles. Een schreeuw, door merg en been, onmiskenbaar van haar … het klinkt alsof met haar volle gewicht op de vloer, op ons plafond terecht komt. Hij heeft haar nu goed geraakt. Het is even stil. Dan gaat hij weer hard staan te bassen. Stopt, waarna zij angstig gilt en hij weer bast, stopt en zij weer angstig gilt ... en weer en nu heel angstig gilt, heel lang … en dan is het langdurig stil. Even later wordt een deur hard dichtgetrokken en horen we iemand met grote snelheid de trap aflopen. De voordeur wordt dichtgesmeten. De buurman?

‘Moeten we 112 niet bellen, Har?’

‘Zullen we dat nou wel doen, Suus? Weet je nog de vorige keer?

Het is niet de eerste keer dat hun buren slaande ruzie hebben. De vorige keer dat ze 112 belden hebben de buren hun mooi voor schut gezet. Tegen de politie, die op hun 112 melding af kwam, verklaarden de buren doodleuk dat ze een ‘spelletje’ hadden gespeeld met elkaar. Het spel van de echtelijke twist. Het was, van horen zeggen,  een enorme ravage in het huis van de buren: aan diggelen gegooid glaswerk, kapot serviesgoed, uit de laden gegooid bestek.

Gezien de toestand waarin hun woning werd aangetroffen vond de politie het noodzakelijk de buren te checken op verwondingen. Ondanks alle geschreeuw en gegil en gebons destijds: geen schrammetjes,  geen wondjes, geen blauwe plekken, kneuzingen of breuken.  Van de recherche hoorden we zelfs dat het stel de indruk wekte het goed met elkaar te kunnen vinden. Ook hoorden we toen dat ze er heel erg mee zaten dat ze ons zo hadden laten schrikken.  Ze zouden het wel goed maken met ons. Wat ze trouwens nog niet gedaan hebben, terwijl ze daarvoor nu zeker twee maanden de tijd hebben gehad.      

Tevergeefs probeert Har 112 te bellen. Hij komt er niet door. Telkens wordt de verbinding verbroken. ‘Dit is wel héél slecht, Suus.’

‘Ga anders zelf even boven kijken, Har.’

‘Wat moet ik daar boven doen, Suus? Je hebt hem toch ook de deur achter zich dicht horen knallen.’

‘Misschien heeft ie hem niet op slot gedaan, Har. Je weet maar nooit.  Wat moet je anders doen?

Har komt zuchtend en steunend zijn bed uit. Hij trekt zijn badjas aan en loopt naar de trap. Stikdonker daar. Het licht op de trap is uitgevallen. Har houdt zich stevig vast aan de trapleuning. Heel voorzichtig hijst hij zich naar boven. Het lijkt wel alsof hij zacht gekuch hoort. Hij is nu bijna boven ... en opeens is er weer licht. Recht kijkt Har in het opengekrabde, bloedende gezicht van zijn half ontklede buurman ... lurkend  aan zijn biertje: ‘Ha, die Har!’

Toen was het weer donker.