maandag 3 november 2025

BOODSCHAPPENKARRETJE.

Zo af en toe staar ik als een koe, vanuit mijn keukenraam naar buiten. Ik zie dan buren lopen die ik ken en mensen waarvan ik niet zeker weet of ze m’n buren zijn.

Die buren die ik ken, maar ook die buren die ik niet ken, staan ongetwijfeld ook zo af en toe voor hun keukenraam te ‘koe’keloeren als ik voorbij kom.

 

Ik hoor ze dan al zeggen, daar in hun keukentje, achter dat raam:

 

’Kijk daar gaat ie weer.’

 

‘Wie?’

‘Die kale van vijfde.’

 

‘Wat  zou die gaan doen?’

 

‘Naar de super? Zijn boodschappenkarretje volproppen met bier?’

 

Naar zijn kleinzoon?

Zijn psychiater?

Zijn uroloog?

De bioscoop?

Het theater?

Het circus

Een vriendin?

De hoeren?

 

Ik pak mijn boodschappenkarretje. Naar de super. Voor bier. Met name bier en jonge jenever. Al m’n bier is op. Ik had zo’n dorst en sloeg mijn hand op een lege plaats. Er is alleen Spa Rood en citroensiroop in de koelkast. En, o ja, ook nog vers geperst sinaasappelsap, dat is alleen voor na mijn ontbijt. Thee of koffie had ook nog gekund. Maar nu gaat het puur om bier.

 Buurvrouw Lara is haar bouvier, Brutus, wezen uitlaten. Ze stapt de flat in. Ik er uit. Ze lacht lief. Ook kijkt ze zo schuin weg achterom naar mijn boodschappenwagentje. Alsof ze vermoedt dat ik iets ga dumpen.

Lara zegt niks. Het blijft bij die lieve lach.  Het is een zooitje rondom die afvalcontainers. Acht volle vuilnisbakzakken ernaast. Opengescheurd  door onze gevederde vrienden. Tien vierkante meter rotzooi. Dan bitst die goedlachse Lara opeens in mijn richting:

‘Dat ga ik echnie opruimen, die teringzooi. Dat mag de gemeente mooi zelf doen! Die knakkers van daarnet in dat gemeentekarretje zágen die troep  hier en reden door. Ik laat het ook leggen. Ze kennen de pleuris krijgen.’

Brutus heeft nu wat anders aan zijn hoofd. Hij trekt zijn baasje bijna omver in de richting van mijn boodschappenkarretje. Ruikt het karretje nog naar iets lekkers voor de hond? Het zou best eens kunnen, dat mijn karretje nog een beetje naar rundergehakt ruikt, want dat was gisteren bij de super in de aanbieding, daar kocht ik een kilo van en wie weet heeft dat een beetje gelekt. Ja, dat kan toch. Het karretje kan dat ook niet helpen. Brutus al helemaal niet.

Boodschappenkarretje volproppen! Nu! Snel! 

zaterdag 1 november 2025

MALLE BABBE.

Een musical-liefhebber ben ik beslist niet. Alleen de West Side Story en Jezus Christ Superstar vond ik in dat genre geweldig. Nu is mijn vriend Ruud fan van Rob de Nijs. Hij wil graag de musical over Rob’s leven gaan zien. Samen met mij. Hij is een beetje inkennig. ‘Malle Babbe’ zo heet die musical. Die ‘draait’ nog twee dagen in het Nieuwe Luxor. Snel probeer ik twee kaartjes te scoren. Ik offer me wel op. Razendsnel heb ik de tickets. Voor de allerlaatste voorstelling in Rotterdam. Ik betaal een ‘last-minute-prijs’: van 72 euro voor 29 euro! Op rij vijf vlak voor het podium. Echt mazzel.

Luxor is uitverkocht. 1.200 mensen. Ik zit te zowaar genieten. Er wordt goed gespeeld  en  gedanst door een sterke cast. Goede muzikanten. De enorme  speelvloer is omgetoverd tot een circusachtige omgeving, zeer creatief en kleurrijk. Een verwijzing naar de circustijd van Rob de Nijs.

Het is een mooi en vrolijk levensverhaal, dat in deze musical verteld wordt door  Jet de Nijs (gespeeld door Lottie Hellingman) zijn laatst echtgenote. Iets te veel naar mijn zin treden zijn vele vriendinnetjes voor het voetlicht. Het was waarschijnlijk Rob’s realiteit. Hij wordt hier neergezet als lieve, wat naieve man met een gat in zijn hand.

Natuurlijk komen al zijn populaire songs voorbij. Rene van Kooten, de vertolker van Rob speelt en zingt bijna zoals Rob zelf: van ‘Ritme van de regen’ tot ‘Banger Hart’. Alles meegebruld door een enthousiast publiek (ook door mij, voor zover ik de teksten ken).

De toegift van deze cast is werkelijk spectaculair en vol dynamiek.

Ruud is niet zo positief over ‘Malle Babbe’. Hij is Rob de Nijs-fan van het 1ste uur. Op het zang- en dansgedeelte heeft hij niks aan te merken
Hij vond het geheel niet zo lovend voor Rob. Voor hem was het ook te druk op de  Bühne, al die wervelende figuren. Het deed hem denken aan een kindervoorstelling.

Met Rob zijn songteksten was volgens Ruud onnodig en storend geknoeid.
Na een half uur had hij al weg gewild. Uit beleefdheid is hij nog blijven kijken. Het stoorde hem ook dat in het verhaal de eerste vrouw van Rob belachelijk werd gemaakt.! Teleurstelling dus bij hem. Het eerste wat hij straks doet als hij thuis een cd'tje van Rob opzetten en meezingen met de juiste teksten.
 Geschreven door onder andere Belinda Meuldijk, Boudewijn de Groot, Lennaert Nijgh, Han Kooreneef. Die zijn voor Ruud écht en oprecht en voor de eeuwigheid, weet Ruud.!

Desalniettemin bedankt hij me na afloop, dat ik de kaartjes geregeld had. Hij had het niet willen missen. Ik trouwens ook niet. Een aanrader! Niet meer te zien in Rotterdam. 


donderdag 30 oktober 2025

WELDENKENDER.

Het is 29 oktober 2025. Als een koe sta ik uit mijn keukenraam naar buiten te staren. Opvallend meer echtpaartjes dan normaal schuifelen voorbij. Samen gezellig stemmen in het stembureau om de hoek. Ik ga zo ook. Alleen.  Mijn sportschool is vandaag ook stemlokaal. Daar moet ik toch wezen.

Bij het binnenlopen van de grote sportzaal hoor ik twee medesporters, laat ik ze voor het gemak Theun en Chiel noemen,  op luide toon, elkaar de vraag stellen:

‘Wat ga jij vandaag stemmen Teun/Chiel?

En even demonstratief scandeert het duo:

‘PVV natuurlijk’.

Het is duidelijk  een provocatie van die mannen naar mij toe.

Want enige dagen eerder had ik een ‘sociaal sportschool praatje’ met Theun. Waarin hij ventileerde dat we ieder mens moeten accepteren zoals hij/zij is. Iedereen in zijn waarde moeten laten.

Ik reageerde daarop dat ik het er niet mee eens was. Voor Wilders en PVV’ers ben ik allergisch.

Theun trok wit weg.  Zooo! Zou Theun dan een PVV’er zijn? Ik kon het haast niet geloven. Ik vroeg het hem op de man af maar ja, hoor, hij gaf het grif toe.

Mijn bek brak open! ‘Ik had je weldenkerder ingeschat Theun’.

 Veel tijd voor discussie was erop dat moment niet. Vandaag komt hij er samen met zijn maatje Chiel  bij me op terug. Met de bekende PVV-riedel: hun schuld, te vol, te weinig, te achterlijk, te moslim, te crimineel ,te weinig Nederland voor de Nederlanders, dus daarom PVV.

 Ik stem op de SP voor begrenzen instroom, veel huizen bouwen, betaalbare, ruime zorg, vermogensbelasting verhogen, verschillen arm-rijk verkleinen enz., geen kinderen in armoede.

 ‘Sorry Theun, dat ik je weldenkender had ingeschat.’

‘Ik had misschien beter kunnen zeggen: ’Dat had ik niet van je verwacht. Ik ervaar je nu ruim tien jaar als een prettig, vriendelijk, sociaal, aimabel, behulpzaam mens. Allesbehalve als een stemmer op een extreem-rechtse politieke partij.

Halverwege deze nacht wordt er al heel wat duidelijk over de uitslag.  

Ik ben heel blij dat Wilders veel stemmers kwijt is en dat D66 knap gewonnen heeft. Jammer dat Ja 21, een zwak aftreksel van de PVV, zo gewonnen heeft.

Mijn keuze de SP heeft ook dik verloren, van vijf naar twee kamerzetels. Langzamerhand verdwijnt de SP helaas helemaal uit beeld. Blijkbaar niet meer van deze tijd.

dinsdag 28 oktober 2025

EEN LASTIG GESPREK.

Het klinkt misschien vreemd van een volwassen man als ik, maar ik lees regelmatig kinderboekjes.  Die inspireren me.  Ze zijn vaak verrassend, fantasierijk, luchtig, om te lachen en toch leuk!

Daarnaast lees ik natuurlijk ook ‘grotemensenboeken’.  Mijn favoriete schrijvers zijn nu Herman Koch en Karl Ove Knausgärd, een Noor.

De laatste keer dat ik in de bieb was viel mijn oog op het kinderboekje met de titel ‘De dag dat papa over seks begon’ van de Duitse schrijver Marc-Uwe Kling. Hierna enkel stukjes uit het begin van het boekje. De ouders van  Thea (6), Max (12) en Lisa (17) gaan een weekendje weg. Ook dochter Lisa gaat een weekendje doen met haar vriendje Just (17). Voor haar ouders dè aanleiding om een lastig gesprek met Lisa en Just  te gaan voeren.


Een lastig gesprek (begin).

‘O, nee hè’ zegt Lisa, ‘moet dat nu? Ik weet alles allang.’

‘Wat weet je allang?’ vraagt  Thea, die het altijd lukt om bij lastige gesprekken te zijn.

Ze roept broer Max er ook bij: ’Je moet komen er is een lastig gesprek!’

‘Wat is er dan? vraagt Max.

Je zus Lisa,’ zegt papa ‘en Just …’ en dan zegt hij een tijdje helemaal niets.

‘Ze mogen samen een weekendje gaan kamperen,’ zegt mama na een tijdje.

De buurman, die arts, is mag ook mee komen praten. Hij is huidarts. Geeft zalfjes als je overal puistjes hebt.

Lisa snapt niet wat de buurman hier mee te maken heeft.

‘Maar waar we het over willen hebben,’ zegt mama, ‘als twee mensen van elkaar houden, een man en een vrouw bedoel ik …

‘Doe niet zo ouderwets hetero, mam!’ zegt Lisa. ‘Sorry daarvoor hoor Just’. Die antwoordt dat zijn ouders net zo zijn.

‘Wat is dat hetero,’ vraagt Thea. ‘Hetero betekent dat papa en mama denken dat alleen mannen en vrouwen van elkaar kunnen houden’, zegt de buurman.

‘Er zijn ook vrouwen die van vrouwen houden,’ zegt Max.

 ‘Pardon,’ zegt papa, ‘jij ziet te veel op internet.’

‘Het maakt niet uit of het mannen of vrouwen zijn, als twee mensen van elkaar houden, het kunnen er natuurlijk ook drie zijn’ zegt de buurman.

 ‘En nu is het genoeg! zegt papa.

 ‘Nou ja’, zegt de buurman, het is toch zo?’

 ‘Vet cool, buurman,’ zegt Lisa.

 ‘Maar goed,’ zegt mama, 'als twee of meer mannen of vrouwen van elkaar houden …’

 ‘Ze hoeven niet eens van elkaar te houden,’ zegt papa. ‘nee, maar het is beter van wel,’ zegt mama.

 ‘Ja, want dan is het namelijk fijner.’ zegt papa. ’Dat is echt zo. Ik bedoel, dat denk ik. Nou ja, dat zeggen ze tenminste, want ik heb nooit met iemand anders … ‘

En dan houdt papa zijn mond.

 

Dit is het begin van een leuk ‘lastig gesprek’-boekje. ’t Wordt nog veel leuker. Te leen bij de Bieb.

Zo veel leuke kinderboekjes daar. Geweldig ook voor nooit-volwassen volwassenen als ik. 

zondag 26 oktober 2025

EEN VERZOPEN KAT.

Er gaan dagen voorbij dat ik geen mens ontmoet. Van heel nabij bedoel ik dan. Natuurlijk, als ik op straat ben, een frisse neus haal, sport, boodschappen doe, het vuil buiten zet, naar de bios of het theater ga, kom ik mensen tegen. Maar om nou te zeggen dat ik ze ontmoet. Nou nee. 

In de foyer van de Groote Schouwburg, ontmoette ik Frits je weet wel. Hij is net zo oud als ik. Wat ik niet gedacht had. Ik had hem op 70 geschat. Hij oogt nog fris en energiek en zo klonk hij ook.

Wanneer ik hem een week later in een klein achteraf theatertje weer ontmoet, was dat heel anders. Ik vond hem er moe uitzien; ongeschoren ook. Dat zei ik hem. 'Moe kan wel kloppen', zei hij, ‘want dat ben ik’. Op zijn ongeschorenheid ging hij niet in. Misschien had ik daar ook niks over moeten zeggen.

Frits keek bozig. Ik had toegezegd om, met mijn zwarte hoed op, vòòr het theatertje op hem te wachten. Ik wachtte echter niet op hem, omdat het goot. Bovendien had ik geen zwarte hoed maar een zwart baseballpetje op, wat hij sowieso niet had kunnen zien, omdat ik inmiddels al lang en breed binnen zat te schuilen voor de regen, wat ik hem overigens ook al geappt had maar wat hij duidelijk niet had gelezen.

‘Sorry hoor, Frits, ik had gedacht dat je mijn appje wel zou raadplegen òf gewoon zèlf wel zou bedenken, dat ik niet in die zeikregen zou gaan staan wachten op jou.

Maar jij, Frits bleef daar dus wel wachten op mij, zei je? Wel zeker een kwartier, zei je? Dat is niet waar Frits! Want, sorry, vijf minuten geleden ben ik nog even buiten gaan kijken, waar of je bleef, maar je was in geen velden of wegen te bekennen. Dus een kwartier kan het nevernooit geweest zijn!

Desalniettemin kwam hij binnenzetten als een verzopen kat maar dat kan net zo goed geweest zijn van dat stukkie lopen van het metrostation naar hier, dacht ik. Maar Frits wilde er verder geen woorden meer aan vuil maken.  Hij ging een bakkie koffie halen … ‘of ik ook wou’. ‘Nee, ik sla over’ Heb net nog geplast en als ik zo vlak voor de voorstelling nog wat ga drinken, is dat plassen voor niks geweest.

Het toneelstuk in het kleine theatertje was niet leuk. Dat kon ook niet anders want het ging over de SS’er Rudolf HeSS, die miljoenen Joden, homo’s, zigeuners, geestelijk gehandicapten had helpen vergassen en zich nu schuil hield in een gore stinkkelder in Berlijn, uit angst afgemaakt te worden door de Amerikaanse bevrijder.

Zeer 'meelijwekkend' was de scène waarin de ultieme sadist HeSS in zijn laatste uren als een verzopen katje in de vochtige kelder zit te bibberen van de kou … ‘

Frits was toen al in slaap gevallen.

 

vrijdag 24 oktober 2025

GEWOON NIET NORMAAL.

      • Ik ben me er heus wel van bewust dat ik een heel gewone man ben. Niks bijzonders. Nou ja ... normaal? Ja, paar fliedertjes grijs haar en voor de rest kaal. Altijd in het zwart. Alles, inclusief boxershort, sokken en baseball-petje. Elke ochtend in de weer in de sportschool, niet te fanatiek, maar gewoon comfortabel. Ook daar alles in het zwart. Zelfs de zweetband en de zwembroek.

Toch bedenk ik dikwijls wat zou er in die koppies van de anderen omgaan over mij. Eerlijk is eerlijk: mijn hoofd is onophoudelijk in de weer voor, tijdens, en na ontmoetingen, gebeurtenissen. Overal waar ik kom maak ik contact met mensen, van oppervlakkig tot intensief. 

Ik lul over alles. Ben een open boek. Over mijn verleden, heden en over hoe ik de toekomst zie. Over mijn hobbies, mijn ziektes, mijn favorieten, mijn seksleven, mijn vrijwilligerswerk. Ik vertel of ik wel of niet lekker in mijn vel zit. Dat ik opa ben en dat ik alleen woon. Hoe ik me hier en nu voel. Dat ik voor Sparta ben en dus niet voor Feyenoord. Dat ik straks SP stem. Dat ik allergisch ben voor Wilders en PVV-stemmers. 

Ik becommentarieer mensen om me heen. Ik deel complimentjes uit. (soms ook niet oprecht; lleen maar om te pleasen.). 

Het maakt misschien een wat opgeblazen indruk maar soms denk ik bij mezelf dat mijn vrienden en vriendinnen, mijn buurtjes, mijn familie, ja ...  eigenlijk iedereen wel, mij een heel leuke, grappige, sportieve, interessante, aparte man vinden. Met een luisterend oor. Altijd vriendelijk, hartelijk. Een sociaal mens. Kortom een heerlijke man! Een kerel die altijd voor je klaar staat.

Het kan haast niet anders of er circuleren in de hoofden van mijn mensen in mijn omgeving andere geluiden over mij. Zo gonst er afgunst over mijn ‘charme-babbels’ met dames en bezoeken aan hen. Het woord gigolo waart rond.

Met de mànnen in de buurt gaat het voornamelijk over foebele en muziek. Ze zeggen het niet in mijn gezicht maar Sparta telt bij hun niet. 't Is alleen maar die andere club. Dat ik Stones-fan ben komt beter aan. Ik ga met ze naar een optredens van coverbands. Kijk met ze met ze naar foebele op tv. Die mannen zeggen het niet ... ze vinden me een rare vogel. En ... op een enkele uitzondering na, toch ook wel grappig. Vermoed ik.

Dan zijn er nog dames in de buurt die, die ik nauwelijks ken. Ja, ik weet hoe ze er uit zien. We groeten elkaar vluchtig. Zitten best leuken bij. Maar van hun gedachtenspinsels over mij, heb ik geen flauw idee. Ze móéten wàt van me vinden?  Misschien vinden ze zo’n man als ik gewoon ... niet normaal!


woensdag 22 oktober 2025

LAUW.

 

Kwart voor zes al klaarwakker. Ik word wakker van mijn eigen stem: 

‘Gatverdamme! Lauw bier! Stond er godverdomme niks koud, trut?!’ 

Stilte.

‘Dit krijg ik niet door mijn keel. Zuip het zelf maar op. Pak aan die paardenzeik.’ 

Stilte.

Dan zie ik dat er geen lauwe bier is. Al helemaal geen 'trut', die laatste one-night-stand die ik had. , 

Dat heb ik liggen dromen. Heb ik wel meer de laatste tijd. Lig ik half te maffen en te kissebissen. Het eindigt er meestal mee dat ik te keer ga tegen iemand die in geen velden of wegen te bekennen is.

Echt wakker worden gaat vadaag niet meer lukken. Zuipen helpt misschien een handje. Ik ga naar de kroeg. Voor ijskoud bier. Ik loop  met gebogen hoofd maar mij ontgaat niets: twee veel te dikke mensen, ooooh ... besiassers. Een vrouw en een man, zij laten twee kuttemlikkertjes uit. Ieder één. Die dikkertjes weten niet dat ik ze in de gaten houd met die akelige poepertjes van ze aan de  lijn. 

Zou er nog één hondenbaasje of -vrouwtje in het land zijn dat een klein plastic zakje voor de stront meeneemt? Zij kijken schichtig in het rond. Heeft iemand het heeft zien gebeuren. Zo ja, dan gaan ze pakken. Ik ga ze niet verlinken. Die zielepieten. Een piepklein beetje bukken kunnen ze al niet.

Ik ga de kroeg in. Neem een koude kopstoot. Om te beginnen. In tien seconden knal ik die naar binnen. Om kwart over tien pas.

De barman kent me. Ik hem ook: Bert. Ik neem normaal altijd ’n espressootje. Alleen vandaag effe niet. Ik heb er de klere in, vandaar. Dacht Bert wel. Had hij goed gezien.

 Het is voornamelijk slaaptekort. Dat gaat me nog eens opbreken. Ik geeuw me nog eens de pleuris. Nu weer. Wel tien keer achter mekaar lange grote geeuwen. Na elke geeuw schreeuw ik het uit. 

'Gaat het verder wel goed met je?' 

‘Nee Bert. Zou ik hier effe een tukkie kunnen doen? Ik ben helemaal òp.'

Dat gaat niet gebeuren, jongen, dit is een café. Geen bed and breakfast, sorry..

Ja, daar kan ik wel in komen. Dan zoek ik mijn eigen bedje maar op.

Dat vond Bert een beter idee. 'Die kopstoot hebbie van mij', zegt hij. 

Ik geef je wel een gooi. 

Staat het bier koud?'