woensdag 17 oktober 2012

Laseren


Vanmiddag zijn de spataderen in mijn linkerbeen weggelaserd (lees: weggelezerd). Om half één moest ik daarvoor in het Sint Franciscus Gasthuis (SFG) wezen; een half uurtje later zou ik op de poli van de afdeling  flebologie geholpen worden. Volgens een kennis, die het al had laten doen was het een fluitje van een cent en ook van andere kennissen hoorde ik, dat die weer van kennissen hadden gehoord, dat het he-le-maal niks voorstelde

Het deed me denken aan tien jaar terug, toen ik  voor het eerst kennis maakte met laseren. Een keel- neus- en oorarts zou mij geheel pijnloos van mijn snurkprobleem verlossen met behulp van een laserapparaat. De arts laserde mijn zachte gehemelte met een soor laser lasapparaatje dat ik bij hem moest kopen voor 1500 gulden….verzekering vergoedde daarvaniks.)
Zelden in mijn leven heb ik zo’n pijn geleden als tijdens dat gelaser in mijn keel (‘iets te weinig verdoving gebruikt….sorry hoor,’ zei de arts ‘het was voor mij de eerste keer’ , terwijl ik zat te kermen.) ook de week daarna volop pijn….leek wel angina……….heb een week lang niet kunnen slikken.

Twee maanden geleden kreeg ik speciaal voor die spatader-ingreep steunkousen aangemeten. Ik moest ze meenemen om direct na de operatie aan te trekken. Ik legde de kousen dus gisteravond keurig klaar op mijn nachtkastje, om ze niet te vergeten.
Na de gebruikelijke ochtendrituelen, ging ik eerst even naar de sportschool om te spinnen. Dat ik wilde ik persé even doen omdat ik na vandaag veertien dagen niet meer mag sporten.
Daarna vlug naar huis: bordje muesli eten en de Volkskrant doorbladeren. Ik had niet zo heel veel tijd meer. Met mijn cliëntenkaart spoedde ik me naar de tram; fietsen mag ik na de ingreep even niet meer. Ben gestrest: loop in mijn zenuwen naar de verkéérde tramhalte; de halte voor de tram naar Plaswijk en tegelijkertijd realiseer ik  me dat ik die steunkousen niet bij me heb. Terug dus maar weer naar huis.
Mijn geliefde echtgenote kijkt er al lang niet raar meer van op als ik na een afscheid binnen twee tellen weer voor d’r neus sta, omdat ik wat vergeten heb. Zelf als ze herhaaldelijk  gevraagd heeft of ik niks vergeten ben; iIk brom dan zoiets als ‘natuurlijk niet,’en ga op weg.

‘Leg ik verdomme die stomme steunkousen klaar en nog vergeet ik ze!’
‘Ik vraag je nog zo: ben je niks vergeten….’zegt ze
‘Ja, ja, het is al goed….’ zeg ik enigszins beschaamd.

En weer ben ik, nu mèt mijn steunkousen in een plastic tasje, op weg naar de tram en wéér, ik kan het zelf haast niet geloven, wèèr loop ik naar die verkeerde Plaswijk-tram, hoe krijg ik het voor mekaar? Als ik nu niet uitkijk kom ik nog te laat ook. Het is alweer tien over twaalf, terwijl ik toch kwart voor twaalf van huis ging. Godzijdank zou ik zou het nog gaan redden. Om tien voor half een stopte de tram voor het SFG. Precies op tijd………..dacht ik………….toen merkte ik dat ik het plastic tasje met die steunkousen niet meer in mijn hand had…….nee hè…..in de tram laten liggen!! Het had nu geen enkele zin meer om die kousen nog  achterna te gaan  rennen maar godzijdank, ook zonder mijn eigen steunkousen konden ze me wel helpen. Ze hebben er nog wel een paar liggen voor mij; geluk bij een ongeluk.

Het laseren is wel goed gegaan; alleen stierf ik van de pijn van zes gemene verdovingsprikken, die nodig waren om dat lasergereedschap pijnloos door mijn ader te kunnen laten kronkelen. Nu zit ik met de napijn in mijn bovenbeen en de voorspelling is dat de pijn de komende dagen heviger zal worden. Elke vier  uur moet ik tegen die pijn 500 mg paracetamol slikken; dus dat wordt de wekker zetten vannacht: eerst  om 01.00 uur dan om 05.00 uur.
Of die spataderen nou echt weg zijn zie ik pas over een week wanneer die steunkous ’s nachts uit mag. Volgens de dokter was de operatie geslaagd …………deze kleinzerige patiënt was in ieder geval nog in leven. Zou er trouwens al een laserbehandeling zijn tegen geheugenverlies?   

maandag 15 oktober 2012

Hoezo? Behoefte aan zelfdestructie (5)

Lucy maakte het wel erg bont ……zij zat tegenover Cees en wroette met haar ontblote voetje tussen zijn benen……….. zat ze zomaar zijn kruis te masseren…..! Hij kreeg het er flink benauwd van. Zo vlug als hij kon glipte hij bij de meiden weg en schoof bij de mannen aan; onder hoongelach van de dames.  De  ‘opwarm-sessie’ van de dames had succes gehad: zij konden weer doorgaan met waar zij dol op waren: babbelen en optutten.

Bij ons mannen ging het er wat ruiger, dynamischer aan toe……..er werd meer hardop gevloekt…..gesprekken werden afgewisseld met een beetje stoeien, de ene keer wat feller dan de andere keer.  Karel en Rene, twee schreeuwerige zielepiet-types van de groep, zaten een beetje met elkaar te dollen. Ze deden een vechtscene na uit een Kong-Fu film, die ze in het weekend zagen en Karel raakte Rene daarbij net iets te hard op zijn kin, waardoor de stoeipartij menens werd. Cees sprong er tussen; dat hielp wel maar niet zoals hij wilde. Rene en Karel stopten met hun vechtpartij maar nu richtten ze hun agressie gezamenlijk op Cees….God mag weten waarom…. Ze hielden hem ieder bij een arm vast, gaven hem tikkies in zijn gezicht…..vervolgens tackelden ze hem en hup: daar lag hij op de grond.
 ‘Jongens, stoppen nou,’ (ze zaten boven op hem: Karel wipte op en neer op Cees zijn borstkas; René zat op Cees zijn knieën………….. hij kon helemaal niks)…..’jongens ga nòù van me af en gauw’, zei het weerloze slachtoffer. In feite heeft hij zich al overgegeven maar ze gingen gewoon door  …..echt ziekelijk.
Ik was benieuwd of hij echt zo geweldloos zou blijven als hij vanmorgen vertelde.
Misschien probeerden Karel en René dat ook al dan niet bewust uit……………..Cees verdedigde zich totaal niet………….liet die domme agressie maar over zich heen komen…..Karel en Rene lachten een wrede lach …………hij liet alles maar toe, lag voor dood op de grond liggen.
Karel kreeg een enge bloeddorstige blik in zijn ogen. Cees straalde angst uit; verzette zich nog steeds niet…..vreemd. Toen werd Cees opeens door Karel bij zijn strot gegrepen  en begon die zachtjes dicht te knijpen. Hij begon rood….paars  aan te lopen en toen vond ik het welletjes…..met zijn tweeën tegen een ……..
’Kappen!’ zei ik. Ik moest me er nu wel mee gaan bemoeien ………. kon niet anders .Zowel Rene als Karel wisten dat ik niet absoluut bang voor ze was: ik greep ze alle twee bij de arm en sleurde ze van Cees af. 
‘Zijn jullie soms van de pot gepleurd? Stelletje leipen! Moet die man dood soms? Dwazen!’ Ik duwde Karel en René richting de zogenaamde ‘praattafels’.  Ik zou niet weten wat er gebeurd zou zijn als ik niet had ingegrepen. Die Karel zat een tijd lang met een krankzinnige blik in zijn ogen na te hijgen van zijn achterlijke gedrag. René leek meer schuldbewust.

Cees zijn passiviteit was als reactie op het geweld van René en Karel duidelijk zelfdestructief.  Maar in het geval van Cees was het niet een duidelijk behoefte aan zelfdestructiviteit eerder een onnatuurlijke dwangmatige geweldloosheid….een automatisme.
‘Het leek wel of ik verlamd was’, zei Cees later tegen me toen hij weer wat aan het bijkomen was. Bedankt jongen.’

En de dames? Hen ontging het gewelddadige gebeuren geheel……………….zij kwekten en tutten rustig door…………..
Voor Cees die dag geen excursie naar de Van Ghentkazerne. De directeur van het schooltje haalde hem van de groep en stuurde hem naar huis om bij te komen van de schrik.  Een schrik die hij voorlopig meer te boven zou komen. Ik heb hem nooit meer teruggezien op ons schooltje. Later hoorde ik dat hij is gaan werken als schoonmaker in een psychiatrische inrichting in Rhoon.
Laten we hopen dat hij daar niet weer aangevlogen is door een of meerdere dwazen. Dat overleeft hij niet of er moet daar ook zo’n reddende engel als ik rondwaren.

donderdag 11 oktober 2012

Hoezo? Behoefte aan zelfdestructie (4)


Passiviteit kan natuurlijk ook zelfdestructief zijn. Niet gaan zwemmen als je in het water bent gevallen of niet opzij springen als je op het zebrapad loopt en er een auto op je af komt sjezen.
Het beeld, dat nu ineens bij me opkomt, is dat van die Chinese student, die tijdens een studentenopstand in 1989 op het Plein van de Hemelse Vrede in Bejing, voor een legertank ging liggen. De bestuurder van die tank stòpte. Voor hetzelfde geld was het studentje geplet……………..maar hier was eigenlijk wel sprake van een actie van de student: namelijk het bewust voor die tank gaan liggen ………………….. vervolgens was daar de passiviteit, afwachten of verplettering zou volgen. De nood moet wel hoog geweest zijn bij die student.

In de zeventiger jaren zat ik op een vormingsschooltje in Schiedam. Ik was 15, werkte al en toch  moest ik daar één dag per week heen. Leerplicht: alle werkende jongens en meisjes tussen de 15 en 17 jaar waren nog één dag per week leerplichtig. We zaten daar allemaal met de pest in ons lijf want we haatten school en bovendien werd ons zo ook nog eens dag loon door de neus geboord.

Het schooltje zat in een oud klooster onze groep bestond uit vier jongens en elf meiden; in alle groepen van dat schooltje waren de vrouwen in de meerderheid. Dat kwam omdat de meeste jongens er voor kozen om één dag per week naar een beroepsopleiding te gaan  bij een elektro-technisch bedrijf, een scheepswerf of een aannemer. Ik had geen zin in technisch werk; ik had en heb twee linker handen.
Ondanks de afkeer die we allemaal hadden aan die ene dag school was onze groep elke maandagochtend compleet; we verdienden en leerden dan wel niks op zo’n dag maar het was toch wel tof om onder het genot van een sjekkie, een beetje te ouwehoeren over het voetballen, over het werk en een beetje te stoeien met mekaar, zomaar voor de gein,  of om de leraar een beetje te zieken. Die wijven lulden vijf kwartier in een uur en maar filtersigaretjes paffen en make-up op hun smoeltjes smeren. Voor ons hadden ze geen belangstelling, ze behandelden ons als kleintjes. Hùn vrienden waren al tegen de twintig; sommigen meiden werden al opgehaald door vrienden met een auto!

Om stipt negen uur begon de leraar zijn verhaal af te steken over de activiteiten van de dag.
Normaal bestond zo’n schooldag uit een praatblok, een creatief blok en een sportblok. Op een dag hadden we een excursie naar een kazerne: de van Ghentkazerne in Rotterdam. Mariniers worden daar opgeleid. De meest fanatieke soldaten worden marinier, heb ik me wel eens laten vertellen. Het is de keuze van de groep om daar eens op excursie te gaan. Vooral de meiden zijn daar enthousiast over, waarschijnlijk vanwege de te verwachten sjans met Jan Soldaat.
Onze leraar, een jaar of vijfentwintig, slank,  lang haar, sik, spijkerpak, Zware Van Nelle roker,  Cees, heette hij, vertelde de groep dat hij helemaal niks van het leger moest hebben. Hij was principieel tegen geweld, zei hij en hij had militaire dienst geweigerd. Hij was wat je noemt een erkend gewetensbezwaarde. Zijn vervangende dienstplicht vervulde hij op dit schooltje. Eerlijk gezegd interesseerde ons dat geen reet of die Cees nou wel of niet in militaire dienst was geweest. Raar vond ik het wel, net als de andere jongens….je moest toch je land verdedigen als dat aangevallen zou worden…….een rare vent, hoor, die Cees,  anders ………… maar wel aardig…..beetje te aardig.

Wij, de jongens gingen altijd aan een tafeltje apart zitten. We werden meestal gek van dat gezeik van die wijven en die nagellakstank………. Cees zat even bij de dames aan tafel……hij moest wel. Hij was een leuke verschijning; de dames  gooiden het direct vanaf 9 uur al op ‘pesterige soort versiertoer’.  Ze deden net alsof ze naar Cees luisterden…… schoven steeds een beetje meer naar hem toe…….bliezen per ongeluk expres rook in zijn gezicht …………………….. het spreken werd hem zowat onmogelijk maakt. Zijn inleidend verhaaltje over de excursie en zijn dienstweigering interesseerde ze helemaal niks…..steeds dichter  schoven ze naar hem toe……….hij kon ternauwernood nog zij armen bewegen …….. Lucy maakte het wel erg bont ……zij zat tegenover Cees en wroette met haar ontblote voetje bij Cees tussen zijn benen……….. zat ze zijn kruis te masseren…..! Hij kreeg het er duidelijk flink benauwd van. Zo vlug als hij kon glipte hij bij de meiden weg en schoof bij ons aan; onder hoongelach van de dames.  De actie van de dames had succes gehad: zij konden weer doorgaan met waar zij vrijwel allemaal dol op waren: babbelen en optutten.

(wordt vervolgd)

vrijdag 5 oktober 2012

Hoezo? Behoefte aan zelfdestructie (3)


Behoefte aan zelfdestructie is anders gezegd de behoefte hebben aan het nemen van mogelijk levensgevaarlijke risico’s. Het risico wordt bewust genomen maar de kans op werkelijk gevaar wordt zeer laag ingeschat. De ene actie is wat riskanter dan de ander.
Neuken met een heroïnehoer zonder kapotje is een groot risico en de kans dat je een geslachtsziekte oploopt of aids is niet gering. 
Een nummertje maken met de vrouw van een ander (met of zonder condoom) kan heel erg aantrekkelijk zijn maar je weet van te voren, dat het erg riskant kan zijn want  o wee als het uitkomt. Trammelant met de eigen partner of die van de collega ligt dan op de loer maar de risico’s lijken in dit geval minder ernstig. Natuurlijk, de mate van agressie van de beide bedrogen partners is niet simpel in te schatten maar in het ergste geval bestaat de kans dat de echtgenoot van je collegaatje je met een linkse directe even van de wereld slaat of dat je eigen echtgenote je pik afsnijdt. Allemaal het gevolg van de zelfdestructieve elementen, die de op het eerste gezicht zo aantrekkelijke overspelactiviteit toch óók bevat.

Ik ben zelf niet zo´n ervaren deelnemer aan het overspel. Ik hou ook niet zo van dat spelletje. Bijna ongewild is het me eens overkomen dat ik op overrompelende wijze in een overspelsituatie belandde, die slechter had kunnen aflopen.

 Met een min of meer bevriend stel, Rieks en zijn vrouw Beppie, deed ik ergens in mei 1983 mee aan een geheel verzorgd meditatieweekend in een dorpje ten noorden van de stad Groningen. Mijn eigen vrouw had ´geen zin in die flauwekul´ zoals ze het uitdrukte en het leek mij eerlijk gezegd ook drie maal niks maar Rieks had net zo lang aan  mijn kop staan zeuren, dat ik ‘okay’ zei, ´schrijf me dan maar in joh, zeikerd´.
Twee nachten zouden we blijven slapen op een tot meditatiecentrum omgebouwde boerderij. Het was helemaal een 'tachtiger-jaren-vorige-eeuw-geitenwollen-sokken-weekend'. Alles biologisch alles dynamisch alles vegetarisch, de ene thee nog gezonder dan de andere en een gewoon kopje koffie werd er niet geschonken. Ik werd aangekeken of ik wel goed bij mijn hoofd was toen ik beleefd  om een bakkie pleur vroeg.  Een beker met aftreksel van gebrande noten en granen kon ik krijgen, namaakkoffie, van de lucht alleen al  werd ik kotsmisselijk. Wat dacht ik wel.
Enigszins ontdaan door de vreemde alternatieve sfeer die daar heerste liep ik wat verdwaasd rond te kijken naar wat er allemaal zo te koop was in die boerderij.
Opeens kwam Beppie enthousiast op me af gerend, vloog me om me nek en drukte zich stevig tegen me aan; haar benen klemde ze om mijn bovenbenen: ´o, ik vind je toch zo´n lieverd!´. Ik was helemaal verbouwereerd. Terwijl zij om me heen hing, zag ik uit mijn linkerooghoek dat Rieks die surrogaat koffie stond te proeven. Ik wist niet beter te doen dan haar maar een beetje vast te houden, een beetje onbenullig, onhandig. Ze zoende me op beide wangen, vol op de mond, sprong van me af en samen liepen we naar Rieks, die werkelijk stond te genieten van dat bakkie slootwater.

Beppie had een lekker lijf:  volslank, stevige borsten, dito billen, mooie benen maar een uitgesproken lelijke kop met, dat dan weer wel, lang blond haar……en niet te vergeten: ze had een zwoel rustgevend  stemgeluid, dat wat contrasteerde met die  hysterische blik in haar ogen. Verder was ze, en dat had ik zojuist gemerkt, heel spontaan zeg maar gerust ongeremd.  Ze was kleuterleidster van beroep. Ik had haar één keer eerder op mijn werk gezien en dacht toen: ´ik snap niet dat zo´n leuke vent als Rieks aan zo´n lelijk wijf blijft vast zitten.´

Om een lang verhaal wat korter te maken: midden in de nacht kruipt Beppie, ik herkende haar stem, bij mij in mijn slaapzak, die veel te smal was voor ons tweeën en gelijk 'knap' zei. Haar lichaam voelde weldadig aan, en, zo in het donker (ik liet het licht maar wijselijk uit) slaagde ze er in een handomdraai in, me bloedgeil te krijgen. Beppie was ook razendsnel op temperatuur en dat maakte dat we samen een kort maar heftig feestje konden hebben op die boerderijzolder. Even snel als ze bij me kwam verdween ze weer:
´Ik ga weer naar Rieks, bye, bye.´ Dat was wat ik met haar had, niet meer en niet minder.

De verhouding met Rieks was er niet door verstoord geraakt en Beppie was voor de rest van dat weekend uitermate aangenaam gezelschap, zowel voor mij als voor Rieks. We hebben  fijn gemediteerd en toch ook nog allerhande heerlijk macrobiotisch voer tot ons genomen.

Rieks en ik gingen op het werk verder gewoon met elkaar om. Gewoon zoals vòòr het weekend. Hij zal wel nergens vanaf hebben geweten...... of …………hij zinde onverhoopt op iets,  om mij eens terug te pakken. Maar dat kon ik haast niet geloven.

Een week of zes later, in de koffiepauze op het werk, komt hij naar me toe en zegt dat sinds het meditatieweekend de relatie met zijn vrouw sterk verbeterd is:
´Sinds dat weekend heb ik een hele andere Beppie in huis …….. ze was nogal eens depri weet je en dat is nu helemaal over ………. je vindt het misschien wel raar maar ik wil jou daar toch even ook voor bedanken, want mede door jou was het toen zo leuk.'

Weer een paar weken later trakteert Rieks tompoucen op de zaak: zijn Beppie is zwanger…..eindelijk……hij had het er nooit met mij of met de andere collega´s over gehad, zei hij, maar ze waren al ruim drie jaar bezig………tevergeefs……. maar nu was het dan eindelijk raak! In februari is ze uitgerekend………..
Ik omhels hem:
´Ik vind het geweldig voor je, Rieks, van harte jongen, feliciteer Beppie ook van me!´      

Ze beviel op 23 februari van een gezonde stevige meid van acht pond: Tonia noemden ze haar.
´Wat een lekker mollig poppetje,’  zei mijn vrouw, toen we op kraamvisite waren ‘maar ik kan echt niet zeggen op wie van jullie ze nu lijkt.’
‘Zeker van de melkboer,’ zei ik gekscherend. Daar moesten we met z’n drieën  hartelijk om lachen.

Kort na de geboorte van hun dochter verhuisden Rieks en Beppie naar het stadje Haren in de provincie Groningen,  ´daar is het normaliter gezonder en rustiger dan hier, in die smerige hectische  Rijnmond´, dachten ze.  
Hoe het nu met Rieks en zijn gezinnetje gaat? Geen idee. Ik heb verder contact bewust afgehouden.  Die Tonia moet nu al zowat dertig zijn.

dinsdag 2 oktober 2012

Hoezo? Behoefte aan zelfdestructie (2)


Fietsen.
En dan de zelfdestructieve eenzame fietser:
Als ik mezelf op één gebied zeer zeker destructief gedraag is het wel als fietser in Rotterdam.
Ik overtreed alle mogelijk verkeersregels.
Ik steek mijn hand niet meer uit als ik de hoek om ga.
Ik trek me geen bal aan van verkeerslichten.
Ik rijd op fietspaden en autowegen in de verboden richting.
Ik fiets op het trottoir.
Ik heb niet of nauwelijks licht op mijn  fiets.
Mijn remmen zijn vaak zwak
Een bel ontbreekt er ook nog aan
en als mijn fiets gejat is jat ik er gewoon een terug of ik koop voor 5 euro een gejatte fiets bij een junk.

En dan ben ik niet eens de enige die zich zo misdraagt. De fietser is wel de meest zelfdestructieve verkeersdeelnemer. Zelfdestructief? Hoezo? Het lijkt me niet dat hij of zij er op wacht om overhoop gereden te worden……misschien is het hem of haar wel te doen om telkens weer een piepklein adrenalinestootje.

Stroopwafel eten
Zelfdestructief…..ik kocht vanmiddag een stroopwafel in die kraam op de Hoogstraat, zo’n supergrote , gulzig nam ik een hap, te gulzig want er brak een stuk stroopwafel af en  viel op het trottoir……een vrij groot stuk, viel pardoes in het (Hoog)straatvuil…….gatver …………….dan doe ik wel heel erg aan zelfdestructie als ik dat stuk stroopwafel opraap en nog opeet  ook. Toch deed ik dat: met een zelfde gulzigheid griste ik het stuk van het trottoir, vlak voor de kwijlende bek van een boxer, die er blijkbaar ook wel trek in had.
Ik word er misschien wel erg ziek van …………………….afin, dat merk ik morgen wel en als ik niet ziek word dan denk ik maar zo, dan heb ik mijn weerstand er mee verhoogd. Als  al die straatschooiers en zwervers wel tegen eten en drinken uit de afvalbakken kunnen, waarom zou ik  dan een stuk op de grond gevallen stuk stroopwafel zelfconstructief laten liggen? Kom nou ik laat me niet kennen.

Mijn moeder zei het al tegen mij toen ik nog een kleuter was en ik hield het ook mijn eigen koters voor:
‘Bah, niet opeten dat snoepje hoor, dat is vies, als het op straat gevallen is; dan zit het vol met bacteriën en daar kan je  héél ziek van worden.’
Nu zijn mijn zonen volwassen mannen, nou moeten ze het zelf maar uitzoeken. Zouden ze net zo zelfdestructief gedragen als hun pa?

Medicijn slikken
Zelfdestructief: je weet dat het slecht voor je is en toch doe je het.  Ik besloot namelijk geheel op eigen houtje (dus zonder mijn psych te raadplegen) te stoppen met  een medicijn (lithium), dat op zich al ruim tien jaar uitstekend werkte tegen  mijn bipolaire stoornis. Ik had bij lithiumgebruik last van enkele vervelende bijverschijnselen, onder andere dat mijn gevoelens (zowel de ups als de downs) nogal veel werden afgetopt. Daarom wou ik er van af.  Heel langzaam bouwde ik die medicatie af: in drie maanden tijd. Met stoppen nam ik  het  risico dat ik een psychose zou krijgen. Ik ben door het oog van de naald gekropen. Had alleen een heftige manie. Van mijn psych (:‘nooit meer zoiets op eigen houtje doen , hè!!)  kreeg ik een ander medicijn voorgeschreven: zyprexa; dat slaat goed aan en voelt goed.  Zo kreeg een zelfdestructieve neiging,  uiteindelijk een mij beter passende medicatie als resultaat. Was ik nou maar eerder gestopt. 

(wordt vervolgd) 

donderdag 27 september 2012

Hoezo? Behoefte aan zelfdestructie. (1)


‘Ieder mens heeft een beetje behoefte aan zelfdestructie’. Een regeltje van de schrijver Arnon Grünberg.

Hoe zou dat nou bij mij zitten? Hoe ben ik bezig mezelf stukje bij beetje  te vernietigen. Eigenlijk door na elke uitademing weer opnieuw in te ademen ….zo werkend zal mijn lichaam op de lange duur wel uitgewerkt raken .....als een kaars opbranden…....dood gaan dus….van leven ga je nu eenmaal dood; zo simpel is dat…….eigenlijk niks bijzonders.

Wanneer Grünberg zegt, dat we allemaal wel behoefte hebben aan een beetje zelfdestructie, bedoelt hij, denk ik, dat we het allemaal een beet je nodig hebben om dingen te doen waarvan we eigenlijk wel weten dat ze slecht voor onze gezondheid zijn……. maar we doen ze toch.
Zo heb ik mijn opa, de vader van mijn moeder,  nooit anders gezien dan met een enorme plofbuik, een sigaar in zijn mond en een jonge borrel in zijn hand…..hij is zevenennegentig geworden……….zowel roken als alcohol drinken worden vrij algemeen beschouwd als  een gevaar voor de gezondheid ‘een beetje destructief’ dus. Die ouwe viespeuk is daarmee nog 97 jaar geworden. Zou dan misschien gesteld kunnen worden, dat  toegeven aan zelfdestructieve neigingen, meer weerstand kweekt tegen de kwetsbaarheid in het algemeen en de neergang van het leven na de zeventig in het bijzonder en dat zo'n leven dan nog kan reiken tot tegen de honderd, zoals bij  mijn opa?

Terzijde even het volgende: ik noem die opa hierboven een ouwe viespeuk omdat hij degene is (ik heb wel eens over hem geschreven)(*) die niet met zijn fikken van zijn kleinkinderen kon afblijven…..jongens of meisjes ’t maakte hem allemaal niks uit: hij misbruikte, als hij de kans kreeg, er maar op los, dat liet hij zich door niemand ontnemen……..hij riskeerde een flinke gevangenisstraf, maar er is nooit iemand naar de politie gestapt…. zijn vijf dochters hebben hun vader dat niet willen of durven aandoen (misschien waren ze zelf ook wel door hem misbruikt, zou me trouwens niks verbazen) …….ze hebben hem alleen maar de huid vol gescholden……meer niet.
Op zich was opa’s behoefte aan dit voor zichzelf destructieve gedrag eerder vernietigend voor de kleinkinderendie hij dit allemaal aandeed, althans volgens de boekjes. Kinderen (ik was toen negen) schijnen er later veel last van te kunnen krijgen. Ik ben me er tot op de dag van vandaag echter niet van bewust dat ik door dat misbruik erg beschadigd ben in het leven……….met mijn neven en nichten heb ik het er nooit over gehad……..van mijn broers en zussen (ik ben de oudste) is hij na een vernietigende tirade van mijn moeder, zeker weten, afgebleven.
Ik moet er maar niet te zwaar meer aan tillen…….dat neemt niet weg dat ik zijn gedrag nooit zal goedpraten laat staan navolgen. Ik voel alleen nog minachting voor die man. Hij is er veel te goedkoop mee weggekomen met zijn vieze, korte, dikke, harige worstvingertjes. (uit ‘Ja Zuster Nee Zuster’: Mijn opa, mijn opa mijn opa, wàt een vieze  pedo was hij! )

(wordt vervolgd)

(*) Lees ook de columns op de volgende links:

jeejeepee.blogspot.com/2009/08/vader.html
jeejeepee.blogspot.com/2011/04/liefde-met-en-liefde-zonder-lust.html

vrijdag 21 september 2012

Afgekickt


Ik ben een supporter van Sparta, de Rotterdamse voetbalclub. Alleen niet zo fanatiek meer als vroeger. Ik ging werkelijk naar elke wedstrijd kijken, weer of geen weer.  Het Sparta-stadion lag dan ook op twee keer vallen van mijn woonhuis. Althans toen ik nog in Spangen woonde. Tot mijn dertiende jaar dus. Toen verhuisde ik naar Rotterdam-Zuid, naar IJsselmonde en woonde daar zes jaar lang op twee keer vallen van de Kuip. Maar Feijenoord  daar heb ik tot op de dag van vandaag he-le-maal niks mee. Gek genoeg heb ik toch wel Feijenoord de Europa-Cup voor landskampioenen zien winnen in Milaan.  Ja, live in Milaan de finale Feijenoord – Celtic; uitslag 2 – 1 .  Maar dat reisje naar Milaan ging me destijds niet zozeer om Feijenoord als wel om de spannende liftvakantie heen en terug samen met mijn vriendin (nu mijn vrouw). Mijn vriendin en ik zijn na afloop van die wedstrijd trouwens meer bezig geweest met het troosten van de haast ontroostbare Celtic-supporters dan dat we feestvierden met de Feijenoord-aanhang. Ook speelde toen wel mee dat deze Schotten allesbehalve gierig waren en volop uitdeelden van hun ruim aanwezige  voorraad wishkey.
Genoeg over Feijenoord; nu Sparta weer: dat superfanatieke van elke wedstrijd moeten zien van Sparta is er na mijn verhuizing uit Spangen wel vanaf gegaan.  Steeds vaker bleef ik thuis bij  koud of regenachtig weer. Een uitzondering maakte ik  voor de wedstrijdjes van Sparta tegen Ajax, PSV, of Feijenoord, voor die wedstrijden bleef gelden: gaan: weer of geen weer.
De laatste twee jaar ben ik helemaal niet meer geweest omdat Sparta gedegradeerd is naar een lagere divisie en het nivo voetbal daar,  eufemistisch gezegd, nogal matig is. Zelfs bij stralend mooi weer breng ik het niet op om naar het Kasteel (zo heet het Sparta stadion) te gaan.  Jules Deelder (wie kent hem niet) is wat dat betreft een die-hard, want die staat ook bij melkboerenhondenweer Sparta nog naar vóóren te schreeuwen. Tenminste dat maakte ik op uit een interview dat de Volkskrant met Jules had. Dat waardeer ik nou enorm. Dan ben je eigenlijk pas een echte supporter: als je je club blijft steunen door weer en wind en in goede en slechte tijden.
Ik kom er op om over Sparta te schrijven door een brief die ik van die club kreeg. Sparta doet namelijk  een wedstrijd in de aanbieding. Maandag 22 oktober om 20.00 uur speelt Sparta tegen Volendam. De aanbieding is dat vier personen de wedstrijd mogen gaan bekijken voor twintig euro, slechts…….dus 5 euro per persoon………ja, daaaaaaag, al zou ik geld toe krijgen….ik zou nog niet gaan. Een wedstrijd in de eerste divisie….in de herfst …….. op maandagavond 20.00 uur? Geen denken aan!
Ik ben wat voetbal betreft aartsconservatief. Voetbalwedstrijden in de Nederlandse competities moeten gespeeld worden of op zaterdagavond, aanvang 20.00 uur of op zondagmiddag aanvang 14.00 uur of 14.30 uur. Alle andere aanvangstijden zouden verboden moeten worden. Het voetbal wordt zo stroperig uitgesmeerd over de week dat een voetbal verslaafde elke dag vers ballenvoer op zijn tv-tje kan krijgen. Dinsdag en woensdagavond: Championsleague, donderdagavond Europa league, vrijdag- en zaterdagavond en zondagmiddag  eredivisie en dan maandag of all matches: Sparta - Volendam uit de eerste divisie (Jupiler league).
Ik ben gelukkig geen voetbalverslaafde meer. Er was een tijd dat ik àlle foebulluh op tv moest zien. Maar dat is over. Ik weet nog wel precies wat er is maar het ‘moeten kijken’ is er vanaf. Er zijn zoveel andere veel leukere dingen te doen in het leven dan naar voetbal kijken.  Verzin zelf maar…….
Gisteren bijvoorbeeld was Manchester United (met Robin van Persie!!) tegen Galatasaray op tv. Heb ik niks van gezien omdat ik een piepklein rolletje moest spelen in een toneelstuk. Geen probleem sinds ik afgekickt ben.