Posts tonen met het label weelderig. Alle posts tonen
Posts tonen met het label weelderig. Alle posts tonen

dinsdag 2 september 2025

OPENHARTELIJKHEID.

Vandaag een kort praatje met Halle 61), een vrind.

Waarom, Halle, vertoon je je nu eens als een net heertje en dan weer als een soort zwerver. Dat iele paardenstaartje bijvoorbeeld. Kort geleden liep je nog te koketteren met een slordige ‘krullenbol’. Nu ben je weer glad geschoren. Welnu Halle, reflecteer eens op je wisselende ‘haardracht’ .

Ja, ik kies steeds voor een andere haardracht; als je een kaal hoofd tenminste ook een ‘haardracht’ wilt noemen. Die kale kop kwam vrij impulsief tot stand. Het begon in  2001 in de TGV op weg naar Avignon. Ik stelde me voor hoe mijn hoofd er zonder haar  uit zou zien. In mijn optimisme, zag ik er dan bijzonder kek uit. Beter dan met dat gemillimeterde, grijze kransje op mijn hoofd.

De hotelkamer in Lyon had een ruim ligbad. Precies wat ik nodig had. Ik onthaarde daar niet  alleen mijn hoofd. Ook de rest van mijn lijf. De details zal ik je besparen.    

Goed en toen was je helemaal kaal, Halle. Je stapt Lyon in en van alle kanten komen lieftallige Franse dames aangerend, roepend: ‘Oooooh, kijk daar nou toch eens: een allemachtig leuke kale man!’ Je moet het op een lopen zetten om niet door ze verpletterd te worden.

Proef ik hier enig sarcasme?  Natuurlijk gebeurde dat niet, man! Heb jij wel eens gezien dat vrouwen in katzwijm raken van een kale vijftiger? Nee toch zeker? Maar ... ik léék toen overigens wel iets jonger.   

En ... je naaste familie? Die kwam zeker niet meer bij van het lachen?

Mijn vrouw vond het wel vreemd om mij zonder schaamhaar te zien. Ik moest zelf ook wennen. Zij vond het zonde van mijn weelderige krullen. Daar was ze destijds verliefd op geworden. 

 Die hele ‘ontharingsoperatie’, vindt plaats in een hypomane episode. Ik denk dan extreem veel aan ‘ontharen’. Ik vergeet het zo af en toe ook wel weer eens. Bedenk me hoe ik het ga aanpakken. Houd het voor mezelf. En dan ineens hoeps ... doe ik het toch en  zit er een kale man in dat hotel. 

We hebben tot nu toe alleen over uw kaalheid gesproken. Laten we eens wat afzakken  naar uw kleurrijke schoeisel. Voor een vrouw niks bijzonders. Bij u lijkt het een schreeuw om aandacht.

Wat is daar er mis mee? In feite is hier precies hetzelfde aan de hand: voel ik me licht, zit ik lekker in mijn vel, dan  pak ik mijn rooie schoenen. Op paars en zwart loop ik alleen als ik me zwaar kut voel. Wit draag ik alleen in de gym.

Ik ga het hierbij laten Halle. Hartelijk dank voor je openhartelijkheid.

maandag 7 juli 2025

MEEUWENPRET

Al weken wordt mijn woonbuurt dag en nacht geteisterd door het gekerm en gekrijs van jonge meeuwen die hier vliegles krijgen van paps en mams. Wat een oorpijniging! Die kloterige lawaaiapparaten waar die tuinmannen hier in de buurt mee moeten werken (met oordoppen!)  zijn daar nog heilig bij en … dat is tenminste alleen maar overdag. Die jonge meeuwen maken dan niet alleen een pestherrie; ook leren ze intimideren.

Toen ik eens mijn lege potten pindakaas en wijnflessen extra hard in de glasbak stond te mieteren kwam er zo’n leerling-meeuw zó laag over me heen krijsen, dat mijn toch echt niet zo weelderige bos haar er van in de war raakte. Zoiets gebeurde een paar keer en steeds als ik iets in mijn handen had. Mijn boodschappenkarretje bijvoorbeeld of de papierbak. Steeds weer kwam d’r zo’n kutbeest aanvliegen, liet zich vallen, scheerde vlak over mijn kop en klom razendsnel weer omhoog.

Een vriend van me, Ruud, is er van overtuigd dat meeuwen doelbewust mensen sarren. Tijdens een van onze fietstochtjes, maakte Ruud het ’fietsers-stopgebaar’. Het was hem namelijk opgevallen dat er al geruime tijd een meeuw boven ons bleef rond cirkelen. Hij vertrouwde het niet. Verwachtte een kwak gore meeuwenschijt op zijn of mijn kop.

‘Dat jong daarboven is zijn vizier aan het scherp stellen,’ zo formuleerde Ruud het. Zolang wij stil stonden, pauzeerde onze gevederde vijand kennelijk óók. Hij is in ieder geval in geen velden of wegen meer te bekennen.

Nog geen splitsecond stonden we weer op de pedalen of  daar hing onze volger, biddend op grote hoogte. Horen konden we hem toen niet.

 Niet veel later, geheel onverwachts sjplasjte een handwarme lading kakkederrie half op mijn helm, half op mijn schedel uiteen. De vogel begeleidde zijn voltreffer met een misselijk makende -lachsalvo.  Ik zag nog wel dat Ruud schielijk zijn hoofd van me weg draaide. Hij kon zijn lachen niet bedwingen. De klootzak.

De meeuw had me bescheten en daarna een hoge vlucht genomen. Het was precies wat Ruud bedoelde met dat doelbewust sarren.

Nog nooit eerder had ik zoiets ervaren. Héél ontnuchterend, vernederend bijna. Maar wàt heb ik daarentegen genoten, hardop gelachen zelfs, wanneer een meeuw, in volle vlucht, op een leuk terrasje, het kroketje weg snaaide vlak voor het wijdgeopende hapmondje van een oud baasje met lekkere  trek. Niet alleen ik had vreselijke lol … die meeuw was als een kind zo blij ... nog geen twee meter verderop .. zat tie te smullen van z'n kroket.