Posts tonen met het label piepjong. Alle posts tonen
Posts tonen met het label piepjong. Alle posts tonen

vrijdag 7 november 2025

LICHAAMSSAPPEN

Ik heb haar al een tijdje niet gezien. Is ze een beetje jaloers? Heeft ze me soms met Emmy gezien? Of is ze op vakantie ... ziek misschien. Hoe dan ook: ik mis haar. Ze is leuk. Slim ook. Zij is 20 jaar jaar jonger dan ik. Ik hoef niet zo nodig lichaamssappen met haar uit te wisselen. Gezellige gesprekjes over films: zijn al prima. Ze heeft net als ik een Cineville pas, daarmee kan je voor 24 euro per maand zo vaak naar de bios als je maar wil. Onze ‘filmsmaken’ verschillen nogal. Zij houdt van kostuumdrama’s en (Franse) komedies. Ik meer van films over relaties, emancipatie, sociale verhoudingen en biopics, over mensen naar mijn hart.

Mss F, zo mag ik haar noemen (ze heet eigenlijk Frieda), ging een paar weken terug met haar broer een weekendje ‘wellnessen’ in Zuid-Limburg.

‘Jullie doen veel samen, hè? Jij en je broer?’ 

‘Ja,’ knikte ze en aan de blik in haar ogen kon ik zien dat hij een lieve broer voor haar is.  Een man of kinderen heeft ze niet. Wel een piepjong peetzoontje; het kind van een nicht. Zou ze lesbisch zijn, vraag ik me soms wel eens af.

We praten niet alleen over films en sportdingen ook soms een heel klein beetje privé. Nou ben ik zelf een behoorlijke flap-uit. Iedereen mag van mij alles weten, alles zien. Mss F onthult slechts een piepklein beetje privé. Zij is erg  gesloten en soms ineens verrassend heel open.

Ze geeft hatha-yoga lessen aan huis. Ik was gelijk door het dolle heen toen ik dat hoorde en stond gelijk de volgende dag al bij haar op de stoep voor de eerste les.

‘Neen, zo snel werkt dat niet bij mij.’. Heel fijntjes maakte Mss F. me duidelijk dat ze nogal terughoudend was met het thuis ontvangen van mensen (ook cursisten) in haar huis (haar heiligdom). Daar kan flink wat tijd overheen gaan. Ik vraag me dan wel af hoe groot die yoga-groep van haar is.

Pas  na een jaartje sporten  verklapte Mss F. me dat ze, geïnspireerd door haar petekind, een kinderboekje  geschreven had. Ze is nog op zoek naar een illustrator.

‘Leuk dat je schrijft E.  Ik schrijf óók!’ flapte ik er uit: Elke dag een stukje in mijn blog. Dat ‘móét’ je lezen!’

Ik vroeg haar gelijk of ik haar sprookje mocht lezen.

‘Oh, neen, ik bewaak mijn grenzen heel goed,’ zei Mss F. gedecideerd. Ze weigerde mij zelfs de titel van het boekje.

Zo’n stukje als dit, dat nu zo langzamerhand op zijn eind loopt, verschijnt in mijn blog. Alles in mijn blog mag door iedereen dus ook door Mss F. gelezen worden. Grenzeloos.

 

dinsdag 28 januari 2025

HET SPLEETJE.

Veertien ben ik en ik zit op mijn kleine ijskoude kamertje algebra te doen. Niet echt makkelijk met de drukte van vier piepjonge broertjes in de woonkamer vlak onder me. Als het weer rotherrie is beneden, doe ik het licht in mijn kamer uit.

Door het spleetje tussen mijn slaapkamergordijnen kijk ik precies in de huiskamer van de familie No-soe. De No-soetjes, Indonesische mensen, zijn het regiem van Soekarno ontvlucht.

Meneer No-soe ligt onderuitgezakt in zijn luie stoel. Van de vijf kinderen No-soe, liggen er al in vier in bed.  De oudste, kleine  Johnny,  zit in zijn rolstoel nog onrustig te stuiptrekken met zijn polio-beentjes en het stompje dat zijn rechterarm moet voorstellen. Johnny en z’n moeder gaan altijd samen als laatsten naar boven. Hij in de traplift.

Ze zit nog in haar baby-doll op de bank. Zij is een mooie tamelijk jonge vrouw. Nu denk ik dat ze toen drieëndertig was. Het is haar niet aan te zien dat ze al vijf kinderen gebaard heeft. Mevrouw No-soe lacht altijd lief naar me als ik haar in de bus of bij de slager tegenkom. Ik ben natuurlijk zelf ook altijd aardig tegen háár. We praten nooit. Ook gaan we niet naast elkaar zitten in de bus.

Ik weet haar voornaam niet eens. Mevrouw No-soe is een kleine, tengere vrouw. Nooit zie ik haar in haar blootje. Ze heeft vrij kleine borsten en ook  niet zo grote billen, dat zie ik wel. Maar dat maakt mij niks uit. Ik vind haar aantrekkelijk … èn héél aardig. Wat zit ze nu te doen? Te puzzelen? Te macrameeën? Ik kan het niet goed zien door dat spleetje. Ik voel lekkere kriebels in mijn lijf.

Plotseling is er gestommel op de trap. Als een kat spring ik van achter de gordijnen mijn bed in. Het is ma. Ze gooit mijn slaapkamerdeur open: ‘Waarom heb je geen licht aan?’

‘Ik werd gek van dat lawaai beneden. Zó kan ik echt niet leren? Ik ben maar even op bed gaan liggen.’

 Inmiddels was mijn plasser niet meer zo hard, zodat ik nu best op mijn rug kon gaan leggen.

‘Tjsja, ik vind het rot voor je. Ik zal zeggen dat ze beneden wat rustiger moeten doen. 

Wat drinken?

‘Thee.’

‘Wat erbij?’

‘Zijn er nog bastognekoeken?’

 

 

Beste lezer,

Ook in 2025 duik ik weer onder in het IFFR.

Op 12 februari is het eerstvolgende stukje

weer te lezen. Tot dan.