Het eerste uur dat ze wakker zijn, zeggen ze vrijwel niets.
Het is ook niet normaal om op dit tijdstip van de dag veel te zeggen. Heel even
kijken ze elkaar aan ... ‘lekker bakkie’ … was het enige dat ze tot nog toe
gezegd hadden, na het kopje koffie, dat ze was aangeboden door de organisatie.
Het is half zes in de ochtend. Het lijkt klaarlichte dag. De
zon is bijna op. Het wordt een hete dag. Nu al is het warm. Twee anderen zijn
een half uur eerder vertrokken. Toen was het ook al licht, zij het iets
minder. De rest van de groep mag pas weg
rond zeven uur. Die zijn niet te benijden. De rest van de groep wandelaars is
veel rapper dan de vier, die eerder mochten vertrekken. Weldra zullen die
worden ingehaald door de rest, net als zij binnenkort die twee vòòr hen zullen
inhalen. Toch gaat het hen er niet om voorop te lopen. Winnen is geen doel,
voor geen van de wandelaars trouwens. Meedoen is belangrijker dan winnen.
Gisteravond laat hoorde hij dat zijn dochter Helma over tien
dagen naar huis mag. Ze is zo blij als een klein kind. Eindelijk weer ‘eigen
baas’ na een ziekenhuisopname van bijna vier weken. Na een val van haar fiets,
ze viel op haar hoofd, wordt ze erg depressief. Na enige dagen menen haar
psychiaters verschijnselen te herkennen, die duiden op een postnatale
depressie. Zeer tegen haar zin, maar voor haar eigen bestwil en dat van haar
tien dagen oude Marieke, moet ze worden opgenomen in het psychiatrisch
ziekenhuis Sancta Immaculata in Oegstgeest. Marieke moet ze thuis laten.
Woedend gooit ze een stoel door de ruit van haar kamertje. Net voor ze met de
losgekomen glasscherven haar pols door kan snijden wordt ze ‘gered’ door de
verpleging.
Zijn zus loopt lekker rustig, glimlachend. Haar gedachten
zullen bij het aanstaande huwelijk van haar zoon Leo zijn. Moeders trots, die
Leo. Hij woont alweer een aantal jaar in Nieuw-Zeeland. Ze mist hem erg. Over
drie weken stapt hij in het huwelijksbootje met de superschone Iraanse
jongedame Parvanan, wat vlinder betekent.
Het allermooiste is dat zij er samen met haar Dien bij kan
zijn, daar in Wellington. Wat verheugt ze zich op die bruiloft en wat is ze
blij met Dien, die toch maar mooi haar vliegangst gaat overwinnen.
De twee die vòòr hen liepen hebben ze inmiddels ingehaald.
Als ze achterom kijken, zien ze de grote restgroep met rasse schreden naderen.