Met een pepermolen zo groot als een honkbalknuppel maakt hij zijn tartaartje wat pittiger. Het is een indrukwekkende aanblik: de kleine, stevige Jeroen bezig te zien met die design-pepermolen. Jeroen kookt vandaag. Hij heeft de tartaartjes met opzet niet gekruid. ‘Die speciale kruidensmaken verdwijnen allemaal tijdens het bakken. Kruid je vlees maar onder het eten, ik zet wel wat op tafel’.
Zout, peper (in die molen dus) een basilicumplantje en
knoflookpoeder. Ik breng het tartaartje op mijn bord op smaak. Van mij had hij
het vlees samen met de knoflook mogen bakken. Mijn vriend Jeroen maakt meestal
wel iets lekkers. De ene week eet hij bij mij, de andere week ik bij hem . Dat
doen we al jaren zo. Om precies te zijn 23 jaar. We eten lekker en daarna gaan
we uit: meestal wordt dat een bioscopie, soms gaan we naar theater en heel af
en toe naar een pop- of jazzconcert.
Vanavond gaan we naar de film; het is begin maart: een van
de aangeprezen films is ‘A single man’. Het eten van vanavond is niet slecht.
Jeroen heeft het zich alleen niet zo moeilijk gemaakt. We eten sperziebonen,
caesarsalade, (oven)patat en een tartaartje. Als nagerecht heeft hij twee
‘karnetoetjes’ gekocht bij de Aldi. Die film, ‘A single man’, die we zo gaan
zien gaat over een man, een vijftiger, homoseksueel, die te horen krijgt dat
zijn vriend, zijn levensgezel, een veertiger, bij een auto ongeluk om het leven
gekomen is.
Nu zijn vriend, van wie hij zielsveel houdt, om het leven is
gekomen, is zijn leven niet meer waard om geleefd te worden. Hij wil nu zelf
ook dood. Vanaf de eerste minuut van de film is hij bezig met het regelen van
zijn suïcide. Daar is hij zo gedreven mee bezig dat hij er zowaar nog lol in
krijgt ook.
Na het eten wassen we samen even af; gewoon, ouderwets de
vaat doen in een teiltje met een soppie, een borsteltje, een afdruiprek en een
theedoek. Zo’n afwasmachine vinden we allebei wat decadent. Alleen als we een
maand niet zouden afwassen, zou de afwasmachine vol zitten. Nee dan doen we het
liever met de hand en elke dag; dat vinden we nog gezellig ook. Vandaag mag ík
lekker met mijn handen in het warme sop. Jeroen droogt af. Als de afwasser klaar is,
vandaag ben ik dat dus, gaat ie koffie zetten. Daar hebben we een Braun
koffiezetapparaat voor, zo een met een reservoir voor koud water, een houder
voor filter en koffie, met daaronder een glazen koffiekan en er is natuurlijk
een systeempje, dat het koude water opwarmt en naar de koffie leidt. Nooit
zetten we meer dan twee kopjes tegelijk: een voor Jeroen en een voor mij.
Gelijk opdrinken als het klaar is. Koffie is toch kokendheet het lekkerst. Een
enkele keer nemen we in de loop van de avond nog een bakkie. Van Senseo of
koffiepads moeten we niks hebben … slappe kouwe koffie is niks voor ons.
Vanavond trouwens geen tweede bakje. ‘Jeroen,’ zeg ik, ‘we moeten nu echt gaan,
anders komen we te laat voor de film.’
‘Ja, we gaan ook zo’, zegt Jeroen, ’ maar voor we gaan, wil
ik je eerst nog even lekker vasthouden … jij bent zo’n ontzettend lieve vriend …
ik hou heel erg veel van je … en zou je voor geen goud willen missen.’