Posts tonen met het label baseballpetje. Alle posts tonen
Posts tonen met het label baseballpetje. Alle posts tonen

zondag 26 oktober 2025

EEN VERZOPEN KAT.

Er gaan dagen voorbij dat ik geen mens ontmoet. Van heel nabij bedoel ik dan. Natuurlijk, als ik op straat ben, een frisse neus haal, sport, boodschappen doe, het vuil buiten zet, naar de bios of het theater ga, kom ik mensen tegen. Maar om nou te zeggen dat ik ze ontmoet. Nou nee. 

In de foyer van de Groote Schouwburg, ontmoette ik Frits je weet wel. Hij is net zo oud als ik. Wat ik niet gedacht had. Ik had hem op 70 geschat. Hij oogt nog fris en energiek en zo klonk hij ook.

Wanneer ik hem een week later in een klein achteraf theatertje weer ontmoet, was dat heel anders. Ik vond hem er moe uitzien; ongeschoren ook. Dat zei ik hem. 'Moe kan wel kloppen', zei hij, ‘want dat ben ik’. Op zijn ongeschorenheid ging hij niet in. Misschien had ik daar ook niks over moeten zeggen.

Frits keek bozig. Ik had toegezegd om, met mijn zwarte hoed op, vòòr het theatertje op hem te wachten. Ik wachtte echter niet op hem, omdat het goot. Bovendien had ik geen zwarte hoed maar een zwart baseballpetje op, wat hij sowieso niet had kunnen zien, omdat ik inmiddels al lang en breed binnen zat te schuilen voor de regen, wat ik hem overigens ook al geappt had maar wat hij duidelijk niet had gelezen.

‘Sorry hoor, Frits, ik had gedacht dat je mijn appje wel zou raadplegen òf gewoon zèlf wel zou bedenken, dat ik niet in die zeikregen zou gaan staan wachten op jou.

Maar jij, Frits bleef daar dus wel wachten op mij, zei je? Wel zeker een kwartier, zei je? Dat is niet waar Frits! Want, sorry, vijf minuten geleden ben ik nog even buiten gaan kijken, waar of je bleef, maar je was in geen velden of wegen te bekennen. Dus een kwartier kan het nevernooit geweest zijn!

Desalniettemin kwam hij binnenzetten als een verzopen kat maar dat kan net zo goed geweest zijn van dat stukkie lopen van het metrostation naar hier, dacht ik. Maar Frits wilde er verder geen woorden meer aan vuil maken.  Hij ging een bakkie koffie halen … ‘of ik ook wou’. ‘Nee, ik sla over’ Heb net nog geplast en als ik zo vlak voor de voorstelling nog wat ga drinken, is dat plassen voor niks geweest.

Het toneelstuk in het kleine theatertje was niet leuk. Dat kon ook niet anders want het ging over de SS’er Rudolf HeSS, die miljoenen Joden, homo’s, zigeuners, geestelijk gehandicapten had helpen vergassen en zich nu schuil hield in een gore stinkkelder in Berlijn, uit angst afgemaakt te worden door de Amerikaanse bevrijder.

Zeer 'meelijwekkend' was de scène waarin de ultieme sadist HeSS in zijn laatste uren als een verzopen katje in de vochtige kelder zit te bibberen van de kou … ‘

Frits was toen al in slaap gevallen.