Posts tonen met het label WEL. Alle posts tonen
Posts tonen met het label WEL. Alle posts tonen

zondag 2 maart 2025

DROMEN.

Hoera! Ik heb mijn slaappillen niet meer nodig! Na 25 jaar Lorezapam slaap ik weer zonder. Er gebeurt in mijn hoofd wel iets nieuws. Wat ik nog nooit in mijn leven bewust gedaan heb: ik droom. De dromen van de afgelopen nachten kan ik me nog goed herinneren. Ik heb ze namelijk gelijk toen ik wakker werd (ook een keer midden in de nacht) opgeschreven.

In de eerste droom, loopt een vrouw, in een vuurrode badjas.  Ze draagt een plastic zak vol bevroren bakjes en pakjes met bonen, gehakt en een kliekje boerenkool. Ik kijk zo door het zakje heen. Ze gaat in de richting van mijn kelderbox. Ze opent de deur en stuit op een vogelkooi even groot als de kelderdeur. De vogels schrikken. Er zijn precies  vierentwintig vogels, even veel als er kooien zijn. Er zitten meeuwen, duiven, eksters, kraaien, roeken, aalscholvers, Vlaamse gaaien. Door de consternatie springen de kooien open. Als één grote vogel vallen ze haar aan. Tevergeefs probeert ze de vogels af te weren met haar bevroren spullen. Maar ze valt om en de vogels  pikken haar tot bloedens toe in haar vlees. Hier stopt de droom helaas abrupt.

In een andere droom, minder leuk, raak ik mijn sleutelbos kwijt. Ik had die bos zo maar ergens in een slot gestopt en hem daar laten zitten. Waar weet ik niet. Ik ga zoeken in de winkelstraat. Elk slot bekijk ik. Ik ga naar de tweede handswinkel, waar mijn vader werkt. Hij is al jaren dood. Sleutels? Geen idee! Bij het politiebureau halen ze hun schouders op. De agent doet er wat lacherig over. Straks moet ik de nacht nog op straat doorbrengen. Ik ga langs bij de vriendin van mijn zus en  bij mijn kinderen. Zij kunnen me niet helpen. Dan ontwaak ik plotsklaps. De sleutelbos ligt op het slaapkamerkastje naast de schemerlamp.

De eerste droom is eenvoudig te verklaren. Ik heb een afkeer van zo’n soort mens. Haar kilte. In de tweede droom sluit ik mezelf buiten. De toegangsdeur  tot een leuker leven blijft dicht.

Met een leven zonder slaappillen maar met dromen kan ik wel weer even vooruit.

dinsdag 18 februari 2025

EEN VRIEND.

Deze week wordt het zestien graden, hoorde ik van mijn buurvrouw. Ik kwam net terug van zwemmen en stond daarvan nog te bibberen van de kou. De buurvrouw stond bij de flatdeur om haar logeetje, het kleine hondje Dory, terug te geven aan haar kleinzoon Brian. Hij moest  in het weekend gaan chillen met zijn vrienden dus had hij mijn buurvrouw, gevraagd om Dory het weekend te nemen. Ze zwaaide hond en kleinzoon uit, liet de liftdeur dichtklappen en verzuchtte: ‘Zo opgeruimd staat netjes.’

Ze ziet er wel weer wat beter uit, mijn buurvrouw, Tanja. Het was de laatste tijd de ene keer  zorgen over haar bloeddruk, dan weer over bloedarmoe, dan moest ze bloedtransfusies krijgen. Heel onheilspellend was het, dat volgens de specialist, haar lever niet goed functioneerde.

Met een andere buurvrouw, Nel, gaat het helemaal niet goed. Ze is al vanaf voor de kerst opgenomen in een psychiatrische ziekenhuis. Van terug naar huis gaan is voorlopig nog geen sprake. Ze is depressief en suïcidaal. Ik mis haar behoorlijk. Voor mij is ze een van de leukere buurvrouwen. Van dag één dat ik hier kwam wonen. Ik weet nog goed dat ik, die eerste dag, boodschappen had gedaan bij de Jumbo. Ik liep mijn straat in, richting flat. Op de fiets komt een dame aangefietst. Ze belt een paar keer en roept naar me: ‘Halloooo meneertje!!’ Toen riep ze lachend: ’Je weet niet wie ik ben, hè?’ Dat vond ze blijkbaar lollig. Ze zei verder niks. Pas toen ik haar een paar dagen later op de galerij tegenkwam stelde ze zich aan me voor als buurvrouw Nel.

 Kort nadat haar man overleed had ik wat doortastender moeten optreden, dan waren Nel en ik nu zeker  vrienden geweest. Ik heb toen een koffieafspraak laten verwateren en we hadden afgesproken eens naar de bios te gaan, daar is ook niks van gekomen.  Toen kreeg ze een vriend waar ze veel mee ging sporten. Ik gunde haar die vriend wel. Maar zij zei uitdrukkelijk tegen me dat hij niet ’haar vriend’ maar ‘een vriend’ was. Dat moet ze natuurlijk zelf weten. Ik weet wel dat ze blij mag zijn met die vriend. Ik heb een paar keer met hem gesport op de gym en daar maakt hij een heel gezellige en behulpzame indruk op mij.

De zon staat op mijn woonkamer. Daar is het om 13.09 uur 19 graden. Buiten is het +2.