zaterdag 12 oktober 2024

VERONTREINIGDE KLIKO.

Je zat met het gevoel dat je niks gemist had. Ja, wat mis je nou aan een mossel, die driehonderd keer is uitvergroot en dreigend naar je hapt om je vervolgens op te slokken.


Een raket die gelanceerd wordt. Neerstort. Jou ternauwernood mist. Wat koop je voor die onzin, potverdikkeme. Gvd zelfs!

Daar zit je dan op de Keileweg in de stortregen, met je zwerversregenpak van het Kruidvat. Voor het witte doek. Je zit net naast de overkapping. Daar af loopt een flinke straal water rechtstreeks je linkerschoen in. Je blikje bier, dat al half leeg was, stroomt weer vol … met regenwater. Door al die nattigheid krijg je het wat koud en heb je eigenlijk liever een warm kopje thee. Je gaat het gelijk even voor jezelf inschenken. Je hebt het zoëven niet voor Jan met korte achternaam gezet, toch? De thee zal nu wel getrokken zijn.

Even (ff) geduld. Er wordt zo meteen weer verder geschreven.

Zo. Ff (even) lekker. Wat warms. Dat doet je goed. Dan kan je er weer ff tegen, hè? Dus wat doe je? Wegwezen hier. Altijd eerst even een plasje doen. Er zijn hier meer kliko’s dan filmkijkers. Waarom kokhals je, als je nog maar net net met één been in zo’n plee staat?

Het moet iets uit het verleden zijn. Het moet dat festivalletje geweest zijn waar een paar duizend dead-metals waren … jij dus ook ... En maar dansen, en maar zingen en maar springen en maar eten en maar drinken en maar piesen en maar poepen en dat allemaal in die ène zwaar verontreinigde kliko. Je onpasselijkheid mòèt daar haast wel mee te maken hebben, man. Het is ook geen kattepis.

De kliko van vanavond is om door een ringetje te halen. Natuurlijk doe je dat niet ... Één liter lichter fiets je vàn die Keilehaven, dat alle-jezus-tering-end ver terug naar je comfortzone. Naar dat permanente lockdowngebied waartoe je verdoemd bent.

In de stortregen fietsen, tien kilometer langs de Maas is van zo’n hoog eenzaamheidsgehalte. Dat wil je niet weten. Geen inhalers, geen uithalers en al dat water stort zich op je en stroomt làngs je heen.

Als je, tegen middernacht, grommend je bubbel in fietst, is er geen hond te zien.

Alleen die grote rat, die vlak voor je fiets van de ene rioolput naar die andere, aan de overkant, kuiert. Ach, je leert elkaar kennen op den duur. We hebben geen angst meer voor elkaar.

vrijdag 11 oktober 2024

PANIEKVOETBAL.

Dit stukje is een beetje paniekvoetbal. Waarom? Ik weet helemaal niks om over te schrijven en de tijd dringt, want om 20.45 uur moet ik foebele kijken: Hongarije - Nederland. Dat duurt tot circa 22.30 uur en dan hoef ik echt niet meer aan een schrijfsel te beginnen. Nee! Sorry!

Over acht minuten begint het al. Ik kan nu beter stoppen met schrijven. Zet de tv aan. De heren voetballers komen het veld op. De tegenzin straalt overduidelijk af van de gezichten van de in het blauw gehulde Oranjespelers.
Ik heb een half uurtje, zitten kijken naar het lamlendige spel van die elf Hollandse voetbalmiljonairs. Ik werd er kotsmisselijk van. Ze kunnen wat mij betreft de kleren krijgen. Voor dat lamzakken-voetbal ben ik niet voor mijn tv gaan zitten. Agressie, felheid , jagen. Spelplezier, dat wil ik zien. Daar ga ik voor zitten kijken. Ook in het stadion. Zo schuiven wij, toeschouwers, die miljoenen naar jullie. Daar kunnen jullie zo riant van leven. Stelletje oliebollen.

Als een kind ben ik zo blij, dat ik zag hoe Johan Neeskens herdacht werd. Johan Neeskens, een van de beste Nederlandse voetballers ooit. Hij was een speler die nooit versaagde. Altijd jaagde. Voorop ging in de strijd en zijn medespelers meesleurde in zijn energie. Daarom vind ik het dubbel zo labbekakkerig hoe die misselijkmakende Hollandse veelvraten vanavond in Budapest aan het spelen zijn. Een posthume belediging aan het adres van Johan Neeskens.

Voor Johan Neeskens zou er één minuut stilte worden gehouden. Dat werd het niet. Het werd 'slechts' tien seconden handen klappen. Dat was meer dan voldoende. Ik kon mijn tranen niet bedwingen. Alweer niet.

Het is nu de vijfendertigste minuut van de eerste helft. Ik paniekvoetbal dit stukje af. Zet een lekker muziekje op en ga lezen. Ben in een geweldig boek bezig: Bonita Avenue, van Peter Buwalda. Goed binnen te houden.

donderdag 10 oktober 2024

VOOR ALTIJD JONG.

Bob Dylan. Wat heeft die man toch mooie teksten. Ik had eens een dik boekwerk met vrijwel al zijn teksten tot 1995. Ik ben het kwijt.

29 oktober a.s. komt Dylan naar de Lotto Arena in Antwerpen. Zou ik nog een kaartje kunnen bemachtigen? De tickets kosten tussen de 170 en 250 euro. Die van 170 euro zijn uitverkocht. Van die van 250 euro moet je er minstens twee tegelijk kopen. Wie gaat er met me mee? ’t Is toch bijna voor niks.

De stem van Bob is niet meer om aan te horen. Het is het geluid van het kloppen van cokes. Die teksten van hem blijven weergaloos.

‘For ever young’ is een van mijn favoriete nummers. Ik ben dan wel 74 maar voel me nog … nou vooruit: 47.
Ik tik vandaag in dit stukje een vertaling van dat nummer voor je uit. Geniet ervan.

Voor altijd jong.

Laat God je zegenen en voor altijd beschermen
Moge al je wensen bewaarheid worden.
Zodat je er altijd voor anderen kan zijn
En dat anderen er voor jou kunnen zijn.

Bouw een ladder naar de sterren
En klim op elke sport naar boven

Blijf voor altijd jong
Blijf voor altijd jong.
Groei op tot een rechtvaardig mens.

Groei op om waarachtig te zijn.
Groei op tot een waarachtig mens.

Tracht de waarheid te kennen.
En zie het licht om je heen.

Wees moedig.
Sta rechtop en wees sterk

Blijf voor altijd jong.
Blijf voor altijd jong.
Laat je handen wapperen.
Moge je voeten altijd snel zijn

Zorg dat je sterk staat,
wanneer de wind van richting verandert.

Wees van harte vreugdevol
Laat dit lied altijd klinken.
Blijf voor altijd jong.
Blijf voor altijd jong.

Na het schrijven van dit stukje kies ik vandaag op Spotify een paar keer deze song. Kan ook op YouTube natuurlijk. Krijg er geen genoeg van. Wat een tekst. Wat een kutstem! Maar wat heerlijk om te beluisteren. Bob Dylan houdt je werkelijk jong. 

woensdag 9 oktober 2024

DIE VLIEGER GAAT NIET OP.

Die vlieger ging niet op.

Bij Derck, mijn grote, kleine vriend uit Liverpool, was ik vanmiddag, 9 oktober, op bezoek. Het was een rare dag. Aan de ene kant leuk aan de andere kant vervelend.
Ik wil zo graag weer eens een keertje een wedstrijd van Sparta bezoeken. Op het Kasteel. Mèt mijn twee kleinzonen en hun vader, mijn zoon.

Op de website van Sparta staat al enkele weken vermeld, dat de verkoop voor de wedstrijd Sparta – AZ begint op 9 oktober om precies 11.00 uur. Dus ik leef daar als vanzelf helemaal naar toe. Zet de wekker, terwijl ik wat huishoudelijke klusjes doe, op vijf voor elf. Klokslag 11.00 uur sta ik in verbinding met www.spartakaartje.nl. Krijg ik godverdomme de mededeling dat er geen kaartjes meer te krijgen zijn … Die vlieger ging dus niet op. Als alle kaartjes tòch al naar de seizoenkaarthouders gaan, moeten ze niet op die site meedelen dat de verkoop begint op 9 oktober! Desondanks kan ik niet anders dan altijd maar weer laten ho-o- ren: S. P. A. R. T. A!

Heel leuk is het weerzien met Derck. Hij woont in het Oude Noorden, vlakbij de Zaagmolenbrug. Vlak langs de Rotte dus. We bellen elke woensdag met elkaar. Maar omdat ik hem twee keer achter mekaar voor lul naar me had laten bellen, voelde ik me verplicht om bij hem langs te gaan. Met een doos heerlijke Italiaanse koekjes. Derck wordt 30 oktober 77. En, ik val misschien in herhaling, hij is een groot fan van de voetbalclubs Liverpool èn Sparta.

Arne Slot is mijn idool. Ik vind het maar knap, dat hij als enige trainer van de in het geld verzuipende Engelse clubs, de verleiding heeft kunnen weerstaan om de transfermarkt op te gaan.(Veelste lange zin, sorry hiervoor.) Met wèl als prachtig resultaat dat Liverpool nu de koploper is van de Premier League.

Maar mijn Derck is nog allesbehalve lyrisch over Slot. De komende paar weken speelt Liverpool tegen de acht moeilijkst denkbare tegenstanders. Variërend van Manchester City tot Real Madrid. Als Liverpool zich daar, zonder grote kleerscheuren doorheen slaat, wordt Arne Slot pas een grote meneer in de visie van Derck.

Vreemd eigenlijk wel, dat ik er nu pas over begin, vind ik zelf. Maar vandaag, 9 oktober, is ook de verjaardag van mijn ex Winny, met wie ik godzijdank al weer enige tijd ‘on speaking terms’ ben. Winny en Derck kennen elkaar, van toen zij en ik nog samen waren.

Vlak voordat ik bij Derck binnenstap krijg ik het idee om samen met hem bij Winny op verjaardagsvisite te gaan. Ook deze vlieger gaat helaas niet op. Winny was niet thuis. Waarschijnlijk was ze met mijn zoon en de kleinzonen aan het spartelen in het een of andere zwemparadijs.

Ik wist namelijk dat mijn zoon gisteren nog gevraagd had aan Winny of ze nog ergens een badpak had leggen (o, sorry, ‘liggen’).

dinsdag 8 oktober 2024

JE MOEST EENS WETEN.

Ik was vanmiddag in het fotomuseum. Eigenlijk ging ik om de expositie: ‘Eregalerij van de Nederlandse fotografie’ nog eens te zien. Wat een grandioze foto’s. Maar om daar nou een stukkie over te schrijven, dat zie ik nou ook weer niet zitten. Toch kan ik het niet laten. Over één foto dan.


Een foto van een Amsterdams jongetje in de Hongerwinter 1944. Hij staat keurig op zijn beurt te wachten. In de rij. Voor de voedseldistributie. Maar op die foto staat hij moederziel alleen. Dikke jas aan over een broek, die te lang is voor een korte broek en te kort voor een lange broek. Zijn spillebeentjes worden geaccentueerd. In zijn handen houdt hij een grote pan tegen zijn borst gedrukt.
Ik voel hoe koud hij het moet hebben.

Als ik op het punt sta om het museum te verlaten, wordt mijn aandacht getrokken door: ‘Je moest eens weten’. Een tentoonstelling van fotograaf Cigdem Yuksel , over Turkse vrouwen, die in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw in groten getale naar Nederland kwamen. En … over hoe het hen is vergaan.

In deze expositie vertellen de dames middels video’s en foto’s hun verhalen, verwerven zo een plek in de Nederlandse geschiedenis.

‘Bir bilsen’… ‘Je moest eens weten’. Zo beginnen veel vrouwen hun verhaal. Maviye streed voor vrouwenrechten. Selvet, draaide drie diensten per 24 uur. Haar kinderen zag ze daardoor nauwelijks.

Interviews, foto’s uit familiealbums en nieuwe (video-)portretten leren mij de 22 vrouwen van tussen de zestig en de tachtig, wat beter kennen.

Ze vertellen over de pijn van migratie, heimwee, verdwaald raken en je weg vinden. Werken, zorgen voor de kinderen, de taal leren. Liefde en ongelukkige huwelijken. Beknot zijn als vrouw en emancipatie. Hun bijdrage aan de Nederlandse economie als fabrieksarbeider of schoonmaker, en hun strijd voor vrijheid en gelijke rechten. Hun verhalen zijn divers, gelaagd, dubbelzinnig, zoals elke menselijke ervaring is.

Je moest eens weten, hoe boeiend. Ik ga het nog eens zien.

maandag 7 oktober 2024

DE DRUPPEL ...

Het is vandaag, 7 oktober. Precies een jaar terug had je die terreuractie van Hamas. Twaalfhonderd Israëliërs werden vermoord. Het leed was niet te overzien.

Ik zit met mijn bord op schoot te kijken naar het NOS journaal van zes uur. Er worden beelden getoond van verschillende 7 oktober herdenkingen: in Tel-Aviv, Gaza, en Amsterdam op de Dam (pro Israël) en voor het Centraal Station (pro Palestina). Over de ruim veertigduizend Palestijnen die Israël daarna, als vergelding, gedood heeft, wordt in het journaal niet gerept.
Ik kijk ernaar, terwijl ik zit te smullen van een zelf ‘gebrouwen’ ovenschotel met rijst, paprika, prei, knoflook, ui en Italiaanse kruidenkaas. Ik had er nog een salade bij gemaakt van komkommer, tomaatjes, zilveruitjes, olijven (met piment) en ik strooide er wat peper en zout over.

Ik heb nog een hap of vijf van die ovenschotel op mijn bord liggen en ik schat dat ik nog zo’n drie kleine hapjes over heb van de salade.

Dan kondigt journaal-presentatrice Petter aan dat Johan Neeskens vandaag op 73-jarige leeftijd is overleden. Johan Neeskens één van de sterren van het Nederlands Elftal dat in 1974 op een haar na wereldkampioen voetbal werd. Neeskens was de motor op het middenveld van dat prachtige Oranje, dat ‘Totaalvoetbal’ speelde en over de hele wereld geliefd was.

Johan Neeskens speelde o.a. bij Ajax, Barcelona en natuurlijk in Oranje. Hij was hard, snel, onvermoeibaar, technisch, kopsterk, gemeen soms, ging altijd voorop in de strijd, nam overal waar hij speelde alle penalties en miste er nóóit één.

Het journaal liet kippenvelbeelden zien van harde, messcherpe slidings van Neeskens, van zijn enorme sprongkracht, en gave koptechniek, van een penalty, die hij onwaarschijnlijk hard, recht op de keeper af in het doel schoot. Die keeper sprong hals over kop opzij.

Vroeger, toen er nog op straat gevoetbald werd , gaven jongens zich namen van topspelers. ‘Ik ben Cruyff’ zei de één ... ‘en ik van Hanegem’ zei de ander … of ‘ik ben Pele’… Onze huidige bondscoach, Ronald Koeman, zei dat hij als jongetje altijd ‘Neeskens’ moest zijn. Als ik hem dat hoor zeggen krijg Ik een brok in mijn keel.

De weervrouw is aan zet. Ik heb mijn lepel nog stevig vast. Dan bedenk ik me, dat ik van dat bord op schoot geen hap meer genomen heb gedurende het Neeskens-item. Ik hoef niks meer ook. Dit is de druppel die de emmer doet overlopen.

Fuck 7 oktober.

zondag 6 oktober 2024

ZONDER WOORDEN.

Met Liesbeth, een vriendin van me, heb ik zaterdagavond lekker zitten eten bij ‘Soif’. Leuk restaurantje in Delfshaven. Met je Rotterdampas scoor je daar een driegangen diner voor de halve prijs. Super. En … een ‘Dame Blanche’ toe! Wow!


Maar ... om dat eten gaat het deze avond helemaal niet. We hebben kaartjes voor ‘aCORdo’. Straks om half acht treden vier Braziliaanse performers (dansers/acrobaten) op in de Krijn Boon zaal van het Theater Rotterdam. Hun act is: ‘aCORdo’ wat Portugees is voor ‘gescheiden op kleur’. Het viertal gaat ons het leven laten zien in de favella’s in Rio de Janeiro. Zonder theaterlicht, zonder geluidboxen en zonder rekwisieten (alhoewel, op het laatst toch wel met rekwisieten) verbeelden ze het leven in de favella’s in Brazilië. Zonder woorden ook.

Ze liggen op straat tegen een muur te slapen op, naast en tegen elkaar. Ze zijn lief, zorgen goed voor elkaar ... maar tegelijk zijn ze ook alert. Er wordt geflaneerd, versierd, gevrijd, lol gemaakt … en als het noodlot toeslaat, dragen ze zelf hun eigen makkers ten grave.

Er vallen nogal wat slachtoffers in die favella’s. De performers verbéélden dat niet alleen. Ze sleuren òns, kijkers, ook fysíék Rio in. We worden flink te grazen genomen. In de favella worden we beroofd van onze kostbaarheden: mobieltjes, gouden kettingen, armbanden, ringen, paspoorten, tasjes, horloges, hoedjes, parfums en nog veel meer. Als makke schapen laten we ons strippen.

Uiteindelijk kunnen we onze spullen toch weer komen terughalen. Hoe? Dat verklap ik niet! Pittig in ieder geval! Als je de kans krijgt om ‘aCORdo’ nog te gaan zien? Zeker doen!

De vriendin met wie ik daar was, verbaasde zich er over, dat er kijkers waren, die vonden dat er wat te lachen viel. Misschien had ze het niet gehoord: ik was één van die lachers. Háár focus lag duidelijk op de raciale, sociale en territoriale ongelijkheid. Dat had haar ook bijzonder geraakt. Natuurlijk dààr ging het ook om. Dat greep me ook aan. Daarnaast hebben ik en mijn medelachers enorm genoten van de virtuoze, vaak hilarische wijze waarop de dansers hun aanwezigheid in de sloppenwijk aan ons showden.

De voorstelling was kort en zeer krachtig, drie kwartier. We hadden nog een hele avond voor ons. Op weg naar de Beurs kwamen we langs ijssalon Capri. Liesbeth had daar nog een gratis-Rotterdampasijsje met twee bolletjes tegoed. Die kans liet ze niet voorbij gaan. Ze is zò gek op ijs! Ik niet. Maar neem net als zij een oubliehoorn met twee amorette-bolletjes. Ze ziet dat ik het goed binnen kan houden. Zonder woorden.