donderdag 5 augustus 2021

HELDEN

 

De Olympische Spelen zijn dezer dagen hot-news.  Hoewel ik een sportliefhebber ben volg ik dit evenement niet; sport liever zelf. Ik kijk wel naar het journaal en hoor wie, wat voor medailles heeft gewonnen, luister dan met frisse tegenzin naar de enthousiaste bijna hysterische geluiden van de dienstdoende commentator. Het doet soms pijn aan mijn oren de herrie, die opklinkt,  zelfs wanneer er bij synchroonzwemmen slechts een bronzen medaille wordt binnengehaald.  Ik zou het zelf niet kunnen, hoor, noch het synchroonzwemmen noch het commentaar geven. In elk journaal wordt met trots melding gemaakt van het totaal aantal plakken die zijn binnengehaald door onze sporthelden. Ze kunnen het bij het journaal niet laten om ons kleine aantal medailles met dat van de Chinezen te vergelijken; dat land is natuurlijk vele malen groter. China staat tot nu toe altijd nummer één in het plakkenklassement en Nederland nu eens negende en dan weer tiende.  Joepie!

Ik deed vandaag ‘Conversatie Nederlands’ met een Chinese moeder en dochter, ik ben hun namen vergeten maar laat ik ze voor het gemak even Hui (de moeder) en Sya (de dochter) noemen.  De enorme bevolkingsgrootte van China (1,4 miljard)  is natuurlijk een enorm arsenaal waaruit kampioenen geput kunnen worden. Maar dat is het niet alleen want Sya vertelde me dat kinderen al op vijf of zes jarige leeftijd  moeten beginnen met trainen voor hun sport.  Hier in Nederland doen we dat niet zo, bovendien is hier lid zijn van een sportvereniging niet voor iedereen weggelegd: óf de ouders hebben er geen geld voor óf het interesseert ze minder dat hun kinderen aan sport doen. In China zit er drang of beter: dwang achter en neemt de staat de kosten en controle op de progressie van de sportende kinderen voor zijn rekening.

Mijn krant, de Volkskrant,  is nu ook rijkelijk gevuld met uitgebreide analyses en sfeerverhalen over onze olympiërs. Elke dag zeker vier pagina’s. Het naadje van de kous krijg ik te lezen over gedesillusioneerde sporters, die positief getest zijn op corona en over  slecht presterende individuele atleten of falende sportploegen. Op elke sportpagina worden daarvoor wel een of twee hoekjes vrijgemaakt. In schril contrast daarmee staan de bijna oorverdovende juich-artikelen en de foto’s, gekleurd met veel oranje van onze olympische helden, soms wel over een halve pagina.

Ik sla die olympische pagina’s altijd snel over, eerlijk gezegd kijk ik nog wel even snel of er misschien nog een voetbalnieuwtje in staat, want voetbal is mijn geliefde sport.  Maar meestal staat daar nu nog niks over in de krant, het voetbal moet nog allemaal op gang komen, dat is voor de kranten voorlopig nog bijzaak.

Wat een paar dagen geleden wel tamelijk groot voetbalnieuws was: de aanstelling van Louis van Gaal als bondscoach van het Nederlands elftal. Zeventig jaar is hij alweer. Ik denk dat hij niet veel slechter gaat presteren dan zijn voorganger, de Ajacied Frank de Boer.  Wat ik erg leuk vind is dat Louis van Gaal, als zijn assistenten Danny Blind en Henk Fraser heeft  gekozen. Dat is dus een drietal ex-Spartanen bij elkaar! Ze hebben nog met elkaar gevoetbald bij  Sparta, mijn favoriete ‘cluppie’! Normaal gesproken kan het nu toch niet meer mis gaan met Oranje.              

woensdag 4 augustus 2021

FIETSEN

 

Rusteloos; het is half elf in de ochtend en  ik voel me rusteloos. De krant heb ik al uit,heb een kopje koffie gedronken en ben begonnen met lezen in het boek dat ik pas kocht: ‘Stemvorken’ van A.F.Th. van der Heijden. Het boek gaat over de lesbische liefde  tussen twee getrouwde vrouwen; en niet alleen over de liefde en lichamelijkheid maar ook over de neergang, die komt met het voortschrijden van de tijd. Wat mij zo nieuwsgierig maakt naar dit boek is hoe de schrijver, een man, zich heeft kunnen inleven in de verhouding tussen deze vrouwen en hun liefdesleven en daarover geloofwaardig heeft weten te schrijven.  Helaas zijn de eerste bladzijden nog niet zo boeiend; ik zit te geeuwen, mijn ogen worden zwaar en vallen uiteindelijk dicht. Ik dwing  mezelf ertoe door te lezen want het is toch een goed boek, althans dat schrijven de recensenten.  Het ís een goed boek, alleen ben ik nu niet in staat om de woorden vatten  …. Ik ben moe, ben al een paar avonden achter elkaar te laat naar bed gegaan en was vroeg weer op.  Dat is waarom ik me nu niet goed kan concentreren op het lezen.  Daardoor voel ik me zo rusteloos, ondanks dat ik toch weldadig rustgevende muziek op heb staan van die fijne Franse radiozender FIP.  Ik zou natuurlijk gemakkelijk  televisie kunnen gaan kijken …… wat ik eigenlijk nooit doe overdag,  dus vandaag  niet …neen, ik moet in actie komen!  Met op mijn luie stoel blijven zitten schiet ik niks op.

Binnenshuis valt er op dit moment weinig te doen; mijn planten zou ik water kunnen geven hoewel ze gewend zijn om ’s avonds pas te krijgen.  Ik zou alvast de ui, knoflook, paprika en tomaten voor de chili con carne van vanavond kunnen snijden maar daarbij beweeg ik eigenlijk ook nauwelijks. Neen, ik moet naar buiten. 

Uit mijn keukenraam kijk ik naar buiten. Het is rustig op straat, af en toe komt er een auto, fietser of een voetganger voorbij. Ik zie mijn buurman Maarten (78), met zijn e-bike aan de hand, van het trottoir naar de rijweg lopen. Hij gaat elke dag eindje fietsen … hij is zo verrukt van zijn fiets.  Gisteren kwam ik hem bij de bergingen tegen en  toen dwong hij mij bijna te  ervaren wat een wonderbaarlijke genot het is, te fietsen op een e-bike.  Maarten  liet me eerst een rondje van ongeveer een kilometer fietsen in de laagste ‘versnelling’ en voor het tweede rondje,  zette hij hem in de hoogste versnelling ….. toen ik begon te trappen spoot de e-bike weg …. sneller dan ik verwachtte … ik heb niet eens gekeken naar de snelheidsmeter … naar mijn gevoel ging die tegen de vijfendertig kilometer per uur. De remmen deden het prima toen ik een paar keer  voorrang moest geven aan andere verkeersdeelnemers.  Wel een gaaf ding; ik deed  extra uitbundig enthousiast over die e-bike om Maarten te plezieren, wat hem ook duidelijk vrolijk stemde.

Ik denk zelf dat ik niet aan zo’n e-bike begin. Sinds een jaar of tien al rijd ik met veel plezier op een mountainbike met zeventien versnellingen. Als ik gefietst heb vóél ik dat ik gefietst heb en dat wil ik graag zo houden.

Goed idee trouwens als actie tegen mijn rusteloosheid van vandaag: het voorbeeld van Maarten volgen. Een eind gaan fietsen!

 

        

dinsdag 3 augustus 2021

NIEUWE DINGEN-

 

Vandaag is het ‘nieuwe dingen dag’ … drie maar  hoor, tot nu toe althans. Ik heb een nieuwe leerling voor de conversatieles, die ik in het buurthuis geef. Ik heb daar al eens  eerder over geschreven.  De nieuwe leerling is een vluchteling uit Jemen, ze is pas sinds 1 januari jl. in Nederland. Gasta heet ze; het verbaast me hoeveel ze al geleerd heeft in die zeven maanden dat ze in ons land is. Heel af en toe moeten we een woord uit het Engels gebruiken om elkaar goed te kunnen begrijpen.  Ze gaat ook nog naar een taalschool , daar doet ze de A1 cursus, dat is voor wie nieuw is in Nederland altijd de eerste taalstap.  Ze is goed bezig, goedlachs ook en ik zie haar heel geconcentreerd de juiste woorden en zinsvolgorde zoeken.

Het tweede nieuwe is dat ik voor het eerst in zes jaar er een paar daagjes tussen uit ga. Ik heb besloten vier dagen naar Den Bosch te gaan. Den Bosch is altijd al een leuke stad om te bezoeken en niet alleen om  te smullen van die lekkere Bossche bollen. Ook de gotische Sint Janskathedraal is een bezoek waard net als het Jeroen Bosch art centre en de wijk Uilenberg, voorheen, in de zestiger en zeventiger jaren, een probleemwijk nu een buurt met leuke cafeetjes en restaurants. Maar voor mij de belangrijkste reden om juist nú naar Den Bosch te gaan is het theaterfestival Boulevard daar van 5 t/m 22 augustus a.s.  Helaas zou het een beetje te duur worden om daar die hele periode te verblijven; dat zou ook ineens te veel zijn. Ik moet er weer helemaal aan wennen om een paar dagen van huis te zijn, want dat is, zoals ik al schreef, in zes jaar niet gebeurd.

Er is van alles te zien op de Boulevard. Ik kom dus als theaterliefhebber volop aan mijn trekken. Theater is hier niet alleen toneel: onder de noemer van theater valt hier ballet, opera, (hiphop)dans, circus, poëzie (spoken word), story telling, muziektheater, zang, poppenspel; dit is eigenlijk al te veel om op te noemen. Google op Boulevard en Den Bosch om meer te zien.

Gelukkig is er niet zo’n streng corona-regiem. Alleen de anderhalve meter wordt aangehouden, als ik in een restaurantje wil  eten moet ik getest worden en aan een tafeltje zitten. Verder houdt de organisatie in de gaten dat er niet te veel mensen op de evenemententerreinen komen.

En dan die QR-code die speelt een rol bij kaarten kopen voor sommige voorstellingen, dat is dan heel jammer voor mij want ik schijn een te oude smartphone te hebben; de QR-code beklijft daar niet op.

Het derde nieuwe is dat ik ter gelegenheid van het treinreisje Rotterdam – Den Bosch een dalurenkaart (60 euro) heb aangeschaft met zeven keuzedagen (26 euro). Met een dalurenkaart krijg ik een jaar lang 40% korting op al mijn reizen en als ik op een keuzedag reis is dat gratis.

Nu maar hopen dat het vier dagen lekker weer is in Den Bosch.         

maandag 2 augustus 2021

HOOGTEVREES

‘Het ligt er aan wat voor weer het is.’  Meestal gaan we ’s woensdags samen naar de bioscoop of een eindje wandelen maar nu had Rinus voorgesteld om te gaan midgetgolven en daarna naar de Euromast te gaan.  Hij kon niet weten dat het niet zo’n goed  idee was, want ik heb al jaren last van hoogtevrees. Hij vroeg me : ‘Heb je dat ook al in dat Euromast restaurant of ben je alleen bang in die hoge toren daar bovenop?’ ‘Neen, ik heb al hoogtevrees als ik uit het raam van dat restaurant kijk.’

‘t Is wel raar, want ik heb zes jaar in een flat gewoond op de zestiende verdieping, daar voelde ik me gewoon safe. Alleen soms, als het hard waaide en de plafondlamp ging slingeren, kreeg ik het een beetje benauwd; ik ging daar ook niet graag het balkon op met stormachtig weer. 

‘Niet om stoer te doen, hoor,’ zei Rinus, maar die angst ken ik niet. ‘Ik klim net zo makkelijk een ladder op om bijvoorbeeld op drie hoog de ramen te zemen …. of als ik in een bergachtig gebied op vakantie ben, heb ik er geen moeite mee om op een bergpad langs een diep ravijn te wandelen.’  Mij leek het niet alsof hij aan het opscheppen was.

Ik vertelde, dat ik niet van jongs af aan hoogtevrees heb gehad. Het wàs er ineens.  Bijna veertig was ik ….. ik was daar met mijn eerste ex en de kinderen in het Parc Guell in Barcelona en klom een plateau op, een meter of drie hoog, van waaruit ik over een deel van de stad uitkeek. Onze kinderen,  twee jongens, tieners nog, kwamen ook naar boven ….. mijn ex waagde zich er niet aan, ze zei dat ze het niet kon, vond zichzelf, geloof ik, niet lenig genoeg …...  de jongens hadden het al gauw gezien,  daar boven  en voor ik er erg in had stonden ze beneden naast hun moeder …… te wachten op mij.  Ik probeerde wel een stap te zetten naar beneden maar ik durfde niet …..ik dacht dat ik zou  vallen ….. ik keek wanhopig naar die drie beneden me  en zei dat ik het niet kon …. niet naar beneden kon komen ….. mijn zonen begonnen te lachen omdat ze dachten dat ik ze in de maling nam, mijn ex wist het toen nog niet zo zeker en ik stond daar maar.  Ik voelde me al gauw zo ellendig dat ik het zowat op een huilen zette van angst en mijn zonen smeekte om me alsjeblieft te komen halen. Ze hadden inmiddels wel door dat het me menens was. Voorzichtig kwamen ze naar boven om hun bange vader naar beneden te helpen. Eenmaal op de grond stond ik te trillen op mijn benen. Zó stom!

‘Dus dat was de eerste keer,’  zei Rinus …. en daarna, heb je er toen nog meer last van gehad?’

‘Nou, zo bang als toen in Barcelona, ben ik nooit meer geweest maar ik ben bijvoorbeeld altijd angstig als ik over een hoge brug moet lopen of fietsen, zeker als het dan ook nog hard waait.’     

‘Dan gaan we niet naar de Euromast, gaan we woensdag toch alleen midgetgolven?!‘ zei Rinus begripvol.

zondag 1 augustus 2021

RUIKEN

 Meestal ga ik ’s òchtends onder de douche, dan ben ik gelijk lekker wakker, klaar om de dag tegemoet te gaan. De slaap is dan meteen uit mijn lijf en vooral uit mijn hoofd verdwenen. Maar nu ik de laatste tijd zo slecht slaap (drie à vier uurtjes per nacht) dacht ik, ik  ga het toch eens anders proberen:  vanaf nu ga ik ’s avonds douchen, vlak voor ik naar bed ga…misschien helpt het.

Ik droog me af, doe gelijk mijn pyjama aan  en duik mijn bed in. Normaal gesproken lig ik nog meer dan een uur  te tobben maar nu na die lekkere douche ben ik binnen een kwartiertje vertrokken. Ik ben   tussen zes en  zeven uur wakker;  het was twaalf uur dat ik er in lag. Toch maar mooi een paar uurtjes slaap gewonnen.  Het  is wèl vaak zo dat ik erg vroeg wakker wordt omdat ik hoognodig moet piesen maar als dat eenmaal gebeurd is, slaap ik meestal nog wel. 

Ik moet niet vergeten om, voordat ik ’s avonds ga douchen, mijn tanden te ragen, borstelen en poetsen, mijn kwetsbare plekjes (hoofd en borst)  te zalven en niet vergeten mijn acht pillen in te nemen zodat ik de volgende dag weer enigszins behoorlijk kan functioneren.

Nog een beetje duf begin ik dan aan de dag, tja, …..geen douche deze ochtend.  Ik doe mijn pyjama uit, verwissel mijn onderbroek voor een schone, spuit deodorant en doe dan de kleren aan die ik gisteren ook al aan had, tenzij ze om wat voor reden dan ook vuil geworden zijn of stinken, dan zoek ik schone kleren uit.

’s Zomers draag ik meestal een lange broek (vandaar dat mijn benen nooit bruin worden), een t-shirt en als het ook maar een beetje fris is, een vestje of een sportjasje er overheen.  Ik heb wel twintig t-shirts waarvan ik er niet meer dan vier of vijf draag. Met de broeken is het net zo, van de vijftien die ik er heb, trek ik er hooguit drie wel eens aan.   Heel veel paar sokken heb ik ook; ik doe alleen die vijf paar leuke sokken aan met die grappige motieven in allerlei kleuren. …. ik houd ze altijd weer veel te lang aan ……. laatst zei mijn ex tegen me, dat mijn sokken wel een beetje gingen ruiken onder de dekens ….. er is nu alleen niemand meer om me daarvoor te waarschuwen …. zelf ruik ik het niet. Als ik dan mijn Spaanse sloffies heb aangetrokken ben ik helemaal aangekleed en is het tijd voor mijn ‘poepdrankje’, een poeder dat ik van de huisarts kreeg, dat ik moet oplossen in water (ik doe er een scheutje citroen bij), elke ochtend moet ik dat drinken, anders krijg ik vreselijk ‘de stop’. ’t Is echt een wondermiddel.

Dan maak in mijn senseo een lekker sterk bakkie koffie en ga de krant uit de brievenbus halen. Daar ben ik dan twee uurtjes zoet mee.

 

 

 

 

Wil je eerdere stukjes van mij lezen? Ga dan naar:

www.stukkiejee.blogspot.com

zaterdag 31 juli 2021

ADRIE

 

In de super schiet ze me opeens aan, mijn buurvrouw Adrie: ‘Ik ga dalijk naar Blijdorp!’

Wat leuk, kan je dat kleine olifantje zien; het zal wel druk zijn

O, ja? Ze lacht, haar mooie grote ogen stralen.  

Ze loopt een beetje moeilijk met die zware boodschappentas aan haar rechterarm. Haar linkerarm kan ze niet gebruiken; verminkt door een ongeluk met  een tram.  Ze was tien toen ze met een stel vriendinnetjes ‘trammetje ging piepen’: aan de zijkant van zo’n oude (rijdende) RET-tram op zo’n  opstapplank springen en dan voor de lol een eindje gratis meerijden …… haar vriendinnetjes deden het allemaal goed … Adrie zij sprong net mis en kwam met haar arm gedeeltelijk onder die tram ….

Je gaat met de Rotterdampas zeker?

Ja, dan kost het maar vijf euro, dus …..

Gaat je vriend ook mee?....

Ja, natuurlijk, maar hij heeft geen Rotterdampas;  hij moet 25 euro betalen, wel een beetje duur maar…

We zijn bijna bij onze flat, Adrie’s vriend is inmiddels tientallen meters achterop geraakt. Hij sjouwt zich een ongeluk aan die twee overvolle rode Dirk van der Broek tassen.

Hij heet Henk, mijn vriend, hij zit in Maasluis bij begeleid wonen …. het ene weekend komt hij bij mij en het andere weekend ga ik naar hem.  Nu is hij bij mij.

Okee, Adrie en Henk, veel plezier in Blijdorp; ik hoop dat het vandaag niet te veel plenst.

Ze vindt het duidelijk leuk dat Henk bij haar is. Hij is nog maar pas haar vriend en voor het eerst in de bijna zes jaar dat ik haar zie verft ze haar haren kastanje bruin, stift ze haar lippen en maakt ze haar ogen op. Sinds Henk in haar leven is, is ze actiever, levendiger, vrolijker  geworden … kleedt ze zich vlotter. Wat ook meespeelt is het feit dat ze een leuk, wat nerveus, hondje uit het asiel heeft opgevist, Lady noemde ze haar.

Ontroostbaar was ze toen ze haar vorige hondje, een wit poedeltje,  Blacky,  moest laten inslapen. Blacky was destijds haar ‘alles’. Ze was duidelijk depressief, liep traag, met gebogen hoofd over straat; ze leek wel een oud vrouwtje, terwijl ze nog niet eens veertig is. Maar nu straalt ze weer geluk uit met haar Lady en niet te vergeten met haar Henk.

Eind vorig jaar stond ze opeens voor mijn deur. Het huilen stond haar nader dan het lachen. Met haar donkere bromstem vertelde ze me dat ze haar fietssleuteltjes bij de supermarkt verloren was. Ze vroeg  me, verlegen, of ze mijn fiets mocht lenen om naar de pedicure te gaan. Ik vond dat ‘geen probleem’, ging mijn fiets  uit de berging halen en liep met haar naar de super want ik wilde daar vragen of Adrie’s fietssleutels al gevonden waren.  Dat was dus niet zo.

Waar staat je fiets eigenlijk?

Hier om de hoek.

Kijk nou toch, Adrie, je sleutels zitten gewoon  in je fiets!

Ze vond het maar stom, dat ze niet goed gezocht had; durfde me haast niet aan te kijken … ze bleef me maar bedanken voor mijn hulp. Fijn dat ze nu op haar eigen fiets naar de pedicure kon. Herhaaldelijk heeft Adrie me nog bedankt; daar stopte ze pas na een dag of tien mee.

vrijdag 30 juli 2021

KLUSSEN

 

Lenie woonde al zo’n jaar of vijf met hond Bruto, een Ierse setter, in een appartement in Kralingen. De woning was duidelijk toe aan een opknapbeurt. Er moest gewit worden, het houtwerk geverfd en de wanden schreeuwden om een nieuw behangetje.  Maar voor het zo ver was wilde Lenie eerst een muurtje uitbreken; om precies te zijn de muur tussen de woonkamer en de kleine slaapkamer. Hoewel ze handig was, technisch behoorlijk begaafd, zag ze zichzelf niet al die klussen klaren … ze wilde wel meehelpen.  Dus ging ze op zoek naar een klusjesman. Het viel niet mee om een geschikt en betaalbaar persoon te vinden.  Ze probeerde het telefonisch en na twee dagen aan een stuk bellen kreeg ze iemand aan de lijn die haar wel beviel.  Het was een zzp’er, afkomstig uit Australië, doch al enkele jaren woonachtig en werkzaam  in Nederland. Lenie maakte meteen een afspraak met hem voor een kennismakingsgesprek.

Het klikte vrijwel direct tussen die twee. Ook Bruto scheen hem wel te mogen. Hij liet zich in ieder geval door Mick’s grote handen stevig aanhalen. Lenie liet hem zien wat er zo allemaal gedaan moest worden in huis en samen kwamen ze al snel tot een akkoord over wat het zo bij benadering zou kunnen gaan kosten. Het viel Lenie mee.

De zzp’er, Mick Endal, zou zo snel mogelijk aan de slag gaan maar eerst moest hij nog een klus in Vlaardingen afmaken; daar had hij nog twee weken voor nodig. Dat vond Lenie geen probleem want ze zat nu toch al een jaar te wachten op de opknapbeurt  …. die twee weken konden er ook nog wel bij.

Een dag of tien later werd Lenie gebeld door Sandy Endal, de echtgenote van Mick, die het slechte nieuws bracht dat Mick voor de klus in Vlaardingen zeker nog tien dagen extra nodig zou hebben.  Mick kon zelf niet bellen omdat hij het veel te druk had. Dat was een tegenvaller voor Lenie maar het was voor haar geen reden om de deal met Mick te cancelen. Voor Lenie speelde zeker ook mee dat ze Mick wel een geschikte vent  vond …..

Na een week stond Mick plotseling toch al bij Lenie voor de deur. ’t Was in Vlaardingen sneller gegaan dan hij dacht. Hij kon gelijk beginnen als Lenie dat wilde. Nou, zij was al lang blij.  Ze gingen eerst samen een werkplan maken, wat zo was gebeurd. Mick liet er geen gras over groeien en reed voor de spullen die hij het eerst nodig had naar de dichtstbijzijnde Gamma.

Lenie hield wel van de slagvaardigheid waarmee Mick aan de klus begon….. maar er was meer…. Lenie hield niet alleen van Mick’s slagvaardigheid, zij was gelijk op  de eerste de beste dag al gecharmeerd van die man …… opgewonden ……… kriebeltjes in haar buik …… en toen hij later op de dag terugkwam van de Gamma, was Lenie inmiddels zo geil als boter,  wat Mick onmogelijk onberoerd kon laten.

Hij ging naast haar op de bank zitten en liet haar zien wat hij allemaal bij de Gamma had gekocht; onderwijl schoof Lenie op de bank langzaam naar hem toe en legde haar hand op zijn bovenbeen …… ze streelde hem en in een mum van tijd …… zoenden ze elkaar en ….. in no time waren ze uit de kleren …… gretig betastten ze elkaar ……. ze klonken rauw en gulzig, alsof ze lange tijd geen seks hadden gehad …….  al snel was Mick bij haar naar binnen gegleden …….. en het duurde niet lang of beiden kwamen luid en duidelijk klaar. Bruto liep een beetje jankerig door het huis; hier was hij niet zo aan gewend …..aan die herrie.  De minnaars bleven nog even innig op de bank liggen; ze lachtten wat, zoenden en streelden elkaar.

Het werk vorderde gestaag, drie maanden was Mick nu  bezig en de ‘romance’ tussen de twee werd er niet minder om maar voor Mick was ‘werk is werk’ en dat betekende: geen seks onder werktijd, hoewel Lenie hem nogal eens probeerde te verleiden.

Hij had ook een hond, Barlo, een Duitse staander. Mick stelde Lenie voor om elke zondag af te spreken, om samen de honden uit te laten in het Kralingse Bos …….. om daarna ……. een lekker potje te  vrijen bij haar thuis.

Goed idee vonden ze alletwee!  Het klikte niet alleen tussen Lenie en Mick; ook de honden konden het goed vinden met elkaar.  Op een mooie zondagochtend in september,  waren ze met de honden naar het bos geweest; ze hadden samen geluncht  en vrijwel direct na de lunch lagen ze al hartstochtelijk met elkaar te dollen, toen de telefoon ging. Lenie pakte haar mobiel: het was Sandy, de echtgenote van Mick. Ze deed een beetje paniekerig.  Sandy  moest Mick snel spreken …. er was iets met hun zoon …… iets met drugs …..  ze zegt dat Mick zijn mobieltje niet opneemt. Ze dacht dat hij misschien samen met Lenie de honden aan het uitlaten was. Lenie zei tegen haar dat Mick en Barlo wel langs geweest waren maar dat ze al zeker anderhalf uur weg waren ‘en ik,’ zei  Lenie ‘ik lag nu net even mijn middagdutje te doen ….  ik hoop dat je hem gauw te pakken krijgt, hoor, dag Sandy, doei.’ Ze legde haar mobieltje weg, dook weer bij Mick in bed en ging weer wellustig  met zijn toch nog steeds keiharde plasser aan de slag.

Ja, Lenie is ècht goed in liegen!

‘Een leugentje voor het bestwil’ noemde ze het zelf, want als ze de waarheid gezegd had, zou Sandy witheet zijn geweest en was het voor Mick en Lenie ‘einde verhaal’.  Lenie moest daar niet aan denken, ze hadden nog zo veel te doen samen.