Posts tonen met het label voldaan. Alle posts tonen
Posts tonen met het label voldaan. Alle posts tonen

maandag 30 juni 2025

DOOR HET STOF.

 Gisteren was ik in Enschedé. Wat was het heet! Ik had nog een ‘keuzevrije dag’ bij de NS. Dat betekent gratis reizen van Rotterdam naar Enschedé en weer terug. Normaal kost dat meer dan 60 euro. Dat scheelt nogal wat! Ik ging daar heen voor een goed toneelstuk. Alleen in Enschedé te zien.

Ik had gekozen voor de middagvoorstelling. Die begon om drie uur.

 Paniek op station Almelo! Een invalide (twee handen met elk drie vingers en slechts één been ) Marokkaan (zo te zien). Hij zou hulp krijgen bij het uitstappen. Maar er was in de verste verten geen hulp te zien.  Hij moest hier overstappen op een trein naar Duitsland. Onze trein was inmiddels al op weg naar het eindpunt Enschedé. Dáár stond de hulp voor die paniekzaaier klaar. Paniek gezaaid voor niks. Hij moest er dus pas hier uit. Dit was al een aardige toneelstukje op zich. Maar daar kwam ik niet voor.

De voorstelling: ‘Door het stof’ heet die, is in het Willem Wilminktheater. Toen ik eenmaal wist waar dat theater was ben ik hier even rond gaan kijken. Er viel niet zo veel te zien hier. Het lijkt een beetje op Schiedam, met iets meer nieuwbow in het centrum. Overduidelijk is dat Willem Wilmink hier een soort heilige is. Er is een theater, een straat en  een plein naar hem vernoemd. In deze streek is hij een populaire dichter. Landelijk is hij meer bekend van de grappige liedjes die hij schreef voor kinderprogramma’s op tv.

Maar goed, ik kwam niet voor Willem Wilmink maar voor dat toneelstuk. Dat stuk speelt zich af in het verleden van Twente. Het stuk laat de harde wereld van de textielindustrie zien. Daar bemiddelt een jonge katholieke priester tussen rijke baronnen en arme arbeiders. ‘Door het stof’ is een verzonnen verhaal, geïnspireerd op zijn tijd en idealen. Thema’s zijn sociale ongelijkheid, religie en arbeidersstrijd. Geen letterlijk geschiedenis maar een eigentijdse interpretatie van een bewogen tijdperk.

Het stuk was zeer de moeite waard. Heel speciaal was de verdeling van de voorstelling over twee zalen. Het leven van de bourgeoisie werd verbeeld in het Willem WIlmink-theater. Voor het leven van de arme arbeiders moest het publiek verhuizen naar een ander (nabij gelegen) theater.

De hitte had me lui gemaakt. ‘Lazy on a Sunday afternoon.’(the Kinks)

In de trein terug viel ik in slaap. Moe maar voldaan kwam ik in Rotterdam aan.


Een klein toepasselijk rijmpje van Willem Wilmink

 

Ik ben lekker lui vanavond

Ik heb een slome bui vanavond

Denk maar niet dat ik nog iets doe.

Ik ben liever lui dan moe.

 

Lekker liggen op mijn bed

met geen mens die op mij let

Alles wat ik anders móét

Gaat vanavond niet door, net goed.
































 

Een klein toepasselijk rijmpje van Willem Wilmink

 

Ik ben lekker lui vanavond

Ik heb een slome bui vanavond

Denk maar niet dat ik nog iets doe.

Ik ben liever lui dan moe.

 

Lekker liggen op mijn bed

met geen mens die op mij let

Alles wat ik anders móét

Gaat vanavond niet door, net goed.

dinsdag 27 mei 2025

ZO PLAT ALS EEN PANNEKOEK.

 De ekster wipt onder de hortensia’s vandaan het trottoir op. Ik ben op weg naar de pedicure om haar mijn schimmelnagel te laten zien.  Dat kan die ekster natuurlijk niet weten. Dat interesseert hem helemaal niets. Hij weet onderhand dat hij niet bang hoeft te zijn voor zo’n groot mens als ik. Voor grote mensen überhaupt niet. Kinderen is een ander verhaal. Toch werpt de vogel een snelle blik op mij, voor hij weer wegwipt onder de hortensia’s.

 In die splitsecond dat ik de ekster heen en weer zie springen, hangt er iets paniekerig te kronkelen uit zijn snavel. Dat kan niet anders dan een worm zijn. Ik loop te ver weg om te zien waar de ekster precies heen gaat. Eet hij de worm zelf op? Of eten zijn jongen de worm? Ik weet niet of hij jongen heeft. Het zou best kunnen in deze periode. Ik blijf even staan om te horen of er hongerige geluiden van eksterjongen uit het struikgewas opklinken.

 Ja, ik hoor wat. Dat is het geluid van moeder roek, die haar jongen vliegles geeft. Wat een lawaai maken ze. Ik hòòr ze hier alleen. Vanaf mijn balkon op de vijfde zie ik de familie roek vol overgave bezig: klein stukkie vliegen uit de boom ... landen op het gras ... pik-pik wat eten tussen de grassprieten  … weer een klein stukkie vliegen … pik-pik … eten …  en een stukkie moeder achterna … en maar twetteren.

Eksterjongen, die krijsen om een stukkie worm, hoor ik niet. Vader ekster zal zijn worm dan wel zelf verorberd hebben. Of hij heeft de worm gedeeld met zijn vrouwtje, als zij er nu is.

Ik zie iets akeligs  langs de stoeprand. Daar ligt een ekster. Een mannetje? Een vrouwtje? Geen idee. Maar wèl dood! Zeker weten. De vogel is plat. Zo plat als een pannekoek. De platte dode ekster ligt op de plek waar gewoonlijk een autoband staat. Het arme beestje slaapt diep als de auto hem plat walst.

Was deze vogel, zaliger, bevriend met de wipekster van zoëven?  Zijn worm is, nu  zeker en vast, opgegeten. Voldaan wipt ekster nu op het lijkje af. Pikt hier en daar wat eten op voor straks.