woensdag 7 oktober 2015

DOELMAN

Ik wist dat ik droomde en toch ervaarde ik alles wat er gebeurde als pure werkelijkheid. In de kleedkamer van de voetbalvereniging keek ik in de spiegel en zag dat mijn gezicht een metamorfose had ondergaan. Het zat vol koffiekleurige vlekken, ik zag wondjes op mijn voorhoofd, sommige etterend andere rosékleurig bloedend. Van mijn schedel sijpelde het bloed richting mijn voorhoofd en verder door naar mijn gezicht; het prikte in mijn ogen. Ook voelde ik langs mijn nek wat kriebelend sijpelen in de richting van mijn rug. Mijn neus was diep paars maar dat was niet alleen in deze droom. Veel tanden en kiezen had ik niet meer; wat ik in mijn mond zag zitten was zwart als roet.

Bij welke voetbalclub ik was? Geen idee. Ik kende ook niemand van degenen die zich aan het verkleden waren. Het clubtenue was aan de linkerkant blauw en de rechterkant groen. Ik had zo’n shirtje niet eens. Wel stond ik op splinternieuwe roze voetbalschoenen van het merk  Umbro, zonder veters en ik had  een goedkope trainingsbroek aan, op de rommelmarkt gekocht voor een euro. Ik droeg een grote, door mijn vrouw gebreide, zwarte trui met aan de voorkant , ingebreid, een grote knalgele smile-cirkel.
Alsof ze het zo afgesproken hadden, keken alle mannen in de kleedkamer, het waren er ongeveer tien, mijn kant op. Ze wezen ook allemaal tegelijk naar mij en begonnen hard te lachen … met hun grote bekken wagenwijd open …. hahahaha …. het ging mij door merg en been … en het klonk intens gemeen.
Ze gooiden plotseling, zomaar, ineens, hun voetbalschoenen naar me toe, niet zo heel erg hard, maar ik voelde het toch wel. Sommige schoenen raakten mijn toch al gekwetste achterhoofd. Met één schoen werd, per ongeluk, denk ik,  de spiegel kapot gegooid. Ik bleef kijken naar mijn gebarsten spiegelbeeld … de mannen achter me hadden dolle pret.
Twee van de mannen kwamen met een paar veters naar me toe en deden die in mijn schoenen. Een ander kwam met een grote schaar op me af en knipte de grote smile-cirkel uit mijn zwarte trui.

Toen iedereen omgekleed was deed een lange man, met een dikke sigaar tussen zijn lippen mij met een gulle lach, een paar handschoenen aan. De man beukte mij vriendschappelijk op mijn schouder. De andere mannen duwden mij de kleedkamer uit, een voetbalveld op … ik werd in het doel gezet en ging over de doellijn heen en weer lopen. Van paal tot paal. Met supergrote passen liep ik later ook over de witte lijnen vlakbij het doel. Nu eens heen dan weer terug. Dat was mijn warming-up.  Op een dikke witte stip bleef ik stokstijf staan. Een man in het zwart kwam blazend op zijn fluit op mij af gehuppeld en bekeek mijn gezicht van alle kanten. Naast hem stonden twee mannen met waterzakken  tussen hun benen. Sponzen in hun hand. Op een signaal van de man in het zwart veegden de waterzakmannen hardvochtig het bloed van mijn hoofd en depten met een boerenzakdoek mijn gezicht. De koffiebruine plekken in mijn gezicht vervelden, als derdegraads brandwonden.

Een van de waterzakmannen haalde opeens een bivakmuts uit zijn achterzak. De man in het zwart trok die muts  opgewekt over mijn hoofd. De wedstrijd kon beginnen; geen bloed meer te zien … immers: op mijn ogen en lippen zat geen bloed en die waren alleen zichtbaar door die muts..  Ik werd op de lijn midden in het doel gezet maar hoe ik ook sprong of dook, ik hield geen bal tegen. Tien razende mannen in groen-blauw shirt vloekten en tierden tegen mij … godzijdank werd ik daar wakker van. Mijn kussen zat onder het bloed, donkerrood, bijna zwart. Ook zat er gelig pus op. Een aantal kleine wondjes op mijn voorhoofd was opengesprongen of, en dat denk ik eerder, ik had ze in mijn droom open gekrabbeld.   

dinsdag 6 oktober 2015

LULLEN IN ME EIGEN (2)

Je bent net gek dat je van het Lage Land helemaal naar het Oude Noorden gaat om je vrijwilligerswerk te doen. Er zal toch ook wel wat in je eigen buurt te vinden zijn? Zeven uur moet je je bed uit, lul, om om half tien in ‘t Kooster te wezen. Je bent gewoon helemaal van de pot gepleurd.

Ja, ja, eigenlijk heb je wel gelijk.

En …… wat is dat eigenlijk precies voor eh …  vrijwilligerswerk?

Nou, ik help mensen, die in de puree zitten ... diep in de schulden ….  Mensen komen soms binnen met twee Albert Heijn - tassen stampvol met onbetaalde rekeningen en aanmaningen. Probeer samen met hen een beetje orde in de chaos te scheppen. Schuldhulpverlening heet dat … een eerste stap op weg naar schuldsanering.

Dat kan je net zo goed bij je eigen in de buurt doen, toch? Denk je dat er in het Lage Land niet van de mensen met tassen-vol onbetaalde rekeningen zitten. Daar zullen ze ook wel vrijwilligers voor nodig hebben toch, dacht je van niet soms ?

Ja, maar ik ben daar via een vriendin, Ina, ingerold. Ina dacht dat ik eenzaam was en wat om handen moest hebben, toen heeft ze dit baantje voor me geregeld en o,o,o, stommeling die ik was, ik ga daar nog aan beginnen ook! Eigenlijk, puur en alleen omwille van die Ina.

O, dus je motivatie is niet het helpen van mensen in problemen, in feite is je motivatie: het paaien van Ina?!

Ja zo is het eigenlijk wel begonnen. Trouwens sinds ik in het Oude Noorden begonnen ben, heb ik nauwelijks contact meer met haar. Ze reageert doorgaans lauwtjes op mijn telefoontjes of smsjes. Zelf neemt ze geen enkel initiatief.

En dan ga je nou natuurlijk stoppen met je vrijwilligerswerk daar.

Nee, want ik voel me wel bij de mensen met die schulden betrokken mijn motivatie ligt nu meer daar dan bij Ina. Zondag zou ze komen eten bij me. Ik had haar gevraagd. Eerst zei ze dat de eerste twee zondagen niet kon komen eten omdat haar zoon dan bij haar op bezoek was. Haar zoon is (meer dan) haar alles (daar kan ik me overigens wel iets bij voorstellen). Toen belde ze me zaterdag ineens om te zeggen dat haat zoon toch niet zou komen.
Nou dan kan je mooi bij mij komen eten, zei ik.
 Ja dat is goed, zei ze, ik kom. Ik ben om één uur ’s middags in het Lage Land Godsiemijne, wat was ik daar blij mee MAAR ik juichte te vroeg want, zondag ’s ochtends kreeg ik om half elf, een smsje dat ze tandpijn had, au, au, au en dat ze om half twee naar de noodtandarts moest. Ik heb haar verder de hele dag niet gezien (zat ik met al dat lekkere eten). ’s Avonds heb ik haar nog gesmst en ik vroeg toen of ze nog last haar van haar pijnlijke tand. Toen smste ze terug dat die noodtandarts 187 euro had gekost en dat ze nog steeds een beetje tandpijn had. Au, au, au, smste ze. Echt waar! Dat was haar laatste smsje … en ik, klootzak, die ik er ben, heb nog een sms naar haar gestuurd:
Hoop dat je tand niet zo veel pijn meer doet.
Groetjes xx
Jos.
Gênant en slijmerig tegelijk (vooral die twee kruisjes … getverdemme!). Ik heb me gewoon laten belazeren door die Ina. Natuurlijk had ze helemaal geen tandpijn … het is toch allemaal wel heel erg toevallig  ….die zondag … bij mij komen eten en dan …. Tandpijn, ja hoor(!)…. noodtandarts pfff… pijn blijven houden … Gewoon bullshit …. Gelul! Gelogen! En ik, naïeveling die ik er ben, tuinde erin.
Dat vrijwilligerswerk in het Oude Noorden blijf ik wel doen, dat ervaar ik inmiddels als veel zinvoller als die hele Ina.

Maar je moet er wel elke dinsdag om zeven uur voor je nest uit terwijl je tot half negen in nest ken leggen stinken als je dat zelfde werk in je eigen buurt gaat doen.


Voorlopig kies ik voor het Oude Noorden. 

maandag 5 oktober 2015

LULLEN IN ME EIGEN

Na het ontbijt loop ik wat rond in huis. Vrolijke geluiden van het schoolplein. Kouwe handen. ‘t Is fris. Wil een t-shirt met lange mouwen over m’n t-shirt met korte mouwen aan doen. ‘Neen, doe niet. Onnodig. Net een groot glas kouwe melk naar binnen geklokt. Vandaar die kou. Sluit die rits van je vest … dat scheelt veel en … ga wat doen, dan ben je zo warm.’

Heb een broodje gebakken. Zojuist  een dikke boterham daarvan gegeten. Heel lekker. Waarom dan nog brood gekocht? Ja, stom. Ik wist toch dat ik brood ging bakken. Moet straks misschien brood weggooien. Voor de eenden of wie weet voor de ratten. Ik kan ontbijten met mijn eigen gebakken broodje en als lunch het gekochte brood eten of andersom natuurlijk of per dag afwisselen. Gaat het gelijk op … op

Droog zeg, die pindakaas. Die koop ik nooit meer. Eigen merk van Jumbo met stukjes nootjes. Duur ook Jumbo. Geen Aldi, Lidl of Dirk hier in de buurt. Alleen Jumbo en AH. AH is nòg duurder dan J.

Een nieuwe rookmelder in mijn woonkamer. Als er èrgens gerookt wordt, is het wel in de woonkamer. Vreemde plek. Mijn plafond is spierwit … de rookmelder donker oker … er is waarschijnlijk ooit veel gerookt in dit huis. Iedere gast die rookt mag van mij in de woonkamer roken. (Was zelf jarenlang een zware shag verslaafde). Maar als dan elke keer als er gerookt wordt die rookmelder afgaat dan moeten de rokers toch maar het balkon op. Kreeg nog wel een schreeuwend blauwe badmuts van de rookmeldermonteur. Niet voor op het hoofd van de roker maar om de rookmelder af te dekken als er gerookt wordt. Dan gaat het alarm niet af.

De plantjes zijn zeiknat. Voorlopig even geen water geven. Drie dagen, vier, vijf,  wellicht een of twee weken? Goed op blijven letten. Voelen met de vinger of de aarde niet te droog wordt; kijken of het plantje niet verdort.

Ze belt me op mijn huistelefoon? Vijf minuten terug mailt ze me nog wat. Waarschijnlijk wil ze niet dat ik bij haar thuis kom; geen idee waarom  .. zo checkt ze of ik nog thuis ben … of ik inderdaad niet onderweg ben naar haar. Een andere reden weet ik niet. Haar telefoontje was identiek aan haar mailtje. Ze had beter gelijk kunnen bellen.


Kouwe voeten….. zelfs nog met dikke sokken en pantoffels aan .. . géén kouwe handen meer, komt omdat ik zit te tikken op het pc-keyboard. Kijk eens op Toon, mijn high- tec-thermostaat. De temperatuur is 21 graden. Toch niet zo èrg laag … ook mijn onderbenen worden koud en mijn neus ook. Mijn neus is kouder dan mijn vingers, die zojuist heel erg koud waren. Heb vast een paarse neus. Kijk even in de spiegel …. en ja, hoor, … geen gezicht …. helemaal paars … blij dat ik vanmiddag niks te doen heb.  Zal ik Toon een graadje hoger zetten zodat het 22 graden wordt in huis? Nee! Het is nog veel te vroeg in de herfst om overdag al de thermostaat op 22 graden te zetten. Dan verwen je jezelf  te veel. Ik betaal nu een maandvoorschot voor gas en licht van bijna 130 euro. Bijbetalen wil ik niet als hoge kosten het gevolg zijn van verwennerij-stoken maar als hard stoken echt nodig dan is een hogere rekening geen probleem. Dan moet dat maar.

zondag 4 oktober 2015

HUIS

De trouwring uit mijn eerste en enige huwelijk heb ik, na de scheiding, nu 7 weken geleden, nog steeds om mijn ringvinger. Ik dacht: zij houdt dan wel niet meer van mij maar ik nog wel van haar, ondanks alles. Dat zal waarschijnlijk nooit meer overgaan. Om sommige dingen haat ik haar maar er zijn ook zat dingen waarom ik nog van haar houd. Daarom houd ik hem om, die ring. Hoewel het behoorlijk aan me vreet, want als ik kijk, als ik heel bewust naar die ring kijk, dan schiet ik keer op keer weer vol. Ik bedenk me dan dat die ring ook symbool staat voor mijn levenswerk van 45 jaren. Zomaar 45  weggepleurde jaren met veel lol, verdriet, pijn, bouwen en breken, genieten en lijden, lachen en mopperen, humor en cynisme …. Zomaar even weggepletterd. Het ‘huis’ dat mijn ex en ik samen in die 45 jaar gebouwd hadden, verdiende misschien niet de gouden architectuurprijs maar het stond er wel. Ons huis, mijn huis dus ook, ben ik helemaal kwijt.
Mijn leven is verwoest en ik heb niet het idee dat dat ooit nog goed gaat komen. Het zal de komende twintig jaar (liever minder dan meer jaren ) gewoon aanklootzakken worden. Een enigszins zinvol leven zie ik mezelf niet meer krijgen.
Ik was in dat andere, samen gebouwde, huis bezig met rustig van mijn pensioen te genieten en absoluut niet bezig om met allerlei mogelijke en onmogelijke fratsen een beetje meer onder de mensen te komen. Dat was toen ook helemaal niet nodig want mijn leven was zo al goed genoeg. Mijn huis (ons huis) stond er, er hoefde op mijn oude dag niet zo ontzettend veel meer aan gedaan te worden … ik (we) kon (konden) mijn (ons) leven zo kalmpjes uitzingen, dacht ik.  
Maar nu moet ik allerlei dolle capriolen gaan uithalen om nog bij de mensen te mogen horen. Ik ga op een zangkoor, klootzak dat ik ben, een zangkoor voor ouwe wijven, nooit, nooit, nooit, nooit, was ik in dat andere huis op het idee gekomen om zoiets gênants te doen. Nu doe ik het, uit nood, om andere mensen in de buurt te leren kennen.
‘Goed hoor, Jos, dat je dat doet!’ hoor ik om me heen. Ik móét godverdomme wel ... wil ik niet in eenzaamheid wegrotten, dan moet ik onder andere wel bij zo’n kutkoor gaan of op bejaardengymnastiek.
Op zondagmiddag ga ik naar een ontmoetingsmiddag in het buurthuis ‘gezellig uierboord eten’ … heerlijk dat uierboord, daar niet van, maar ik eet liever met zijn allen in ons huis een bord erwtensoep of zo. Ik kom door al dat gelazer, verdomme, nu niet eens toe aan een eenzame activiteit als de krant lezen, omdat ik me zonodig in allerlei sociale bochten moet kronkelen: zingen, uierboord vreten en  jokeren. Hartstikke leuk ook dat jokeren, maar dan met mijn vrouw en mijn kinderen en niet met een stelletje afgekeurde wipkippen. Voor viervijftig ga ik eten in het buurthuis, vier euro vijftig kost het; dat klinkt precies zoals dat eten smaakt, goedkoop en niet veel, er zit niet eens blaadje groen bij. Maar ja, ik ontmoet er mensen uit de buurt dus ga ik maar bruine bonen met aardappelen en een speklappie eten of (veel) spaghetti met (weinig) saus. Ik doe het allemaal met frisse tegenzin en ik denk eigenlijk niet dat ik dit zo ga volhouden … die poppenkast …

Dan wordt er ook nog aan me getrokken om allerlei vrijwilligerswerk te doen alleen ‘om er even uit te zijn’. Ik doe al vrijwilligerswerk zat. Ik doe ‘Samenspraak’ dat is twee uur per week praten met nieuwkomers in Nederland. Daar heb ik er nu vijf van en dat gaan er zes worden. Dus dat is zes maal twee uur is twaalf uur per week vrijwilligerswerk. Dat Samenspraak vind ik nou echt leuk, zinvol werk. Dat is blijkbaar niet voldoende. Ik laat me opjagen tot nog grotere activiteit, moet me veel meer onder de mensen begeven. Het maakt me enerzijds speedy, anderzijds neerslachtig. Ik wordt dat leventje zo langzamerhand spuugzat; wordt er doodmoe van; ben het beu. Goed bezig, Jee!?

zaterdag 3 oktober 2015

VRIENDIN

Ik heb nu eigenlijk alles wel zo’n beetje in mijn nieuwe huis. Nog niet echt alles, qua spullen bedoel  ik dan vooral. Een paar dingen nog niet, een knoflookpers bijvoorbeeld en zo’n driehoekig afvalbakje voor in de ‘gootsteen’ zal ik maar zeggen. Hoe noem je dat eigenlijk in deze tijd … wasbak? Voor de sfeer  ’s avonds zou het mooi zijn, als ik er twee schemerlampjes bij zou hebben … en zo zijn er nog wel wat dingetjes.

Laatst had ik hier iemand over de vloer, ik weet niet eens meer wie precies, ik dacht, dat het een van mijn zonen was, die me opeens verbaasd aankeek toen hij zag dat ik eenpersoonsbedje in mijn slaapkamer had staan:
‘Waarom heb je geen tweepersoonsbed genomen.’
‘Ja,’ dacht ik, ‘je mag drie keer raden. De reden is natuurlijk heel simpel: ik zie mezelf niet zo gauw een vrouw verleiden om bij mij in een tweepersoonsbed te kruipen. Vandaar dat eenpersoonsbed, jongen ... voorlopig ruim voldoende.’

Eerder schreef ik al dat ik voor mijn gevoel ‘maar’ twee vrienden had, mijn zoon Freek en Kawus, bij wie ik een tijdje gewoond heb. Langzamerhand begin ik ook het gevoel te krijgen dat er een vriendschap met een vrouw zou kunnen ontstaan. Zij heet Ina en we doen sedert twee maanden wel eens wat vrijwilligerswerk samen, we zijn een keertje naar de bios geweest, we fietsen soms een eindje en morgen ga ik voor haar koken.  
Ina is tien jaar geleden gescheiden en heeft een zoon van twintig, die ik nog nooit gezien heb. Mijn zonen heeft zij trouwens ook nog nooit gezien. In de wijk  Honderd-en-tien morgen woont ze, dat is voor mij zo ongeveer aan de andere kant van de wereld. Er zijn op dit moment geen andere vrouwen om mij heen.
Hoewel ik mijn ex ook nog wel regelmatig zie en spreek in het kader van de afhandeling van de echtscheiding en zelfs ook zo af en toe nog voor iets gezelligs zoals het bezoek in augustus aan de 3 Parijse dierentuinen.  Zij, mijn ex, nodigde me ook uit om, twee keer zelfs, haar verjaardag te komen vieren. Een keer op zaterdag 10 oktober (ze is eigenlijk vrijdag de 9e jarig) dan komen haar vrienden en vriendinnen . Ze vroeg me: ‘vind je het niet eng om dan te komen?’  … hoe dat zo??  vraag ik me af   … zou ze haar nieuwe vriend dan die avond aan ons voorstellen? … dat zou ik wel erg eng vinden! Acht dagen later viert ze haar verjaardag nog een maar dan alleen voor het gezin en ondanks dat ik het leven van drie van de vier leden van dat gezin geruïneerd zou hebben, ben ik toch van harte  welkom op die gezinsverjaardag op zondag 18 oktober. Dat is nog es mooi!


Ik zie, spreek en mail Ina, nu zo af en toe. Een klik is er (nog) niet. Dat komt waarschijnlijk, omdat ik het gevoel heb dat zij mij als een zielig object beschouwt in haar antivereenzamingsproject.  Pas wanneer ze die ‘drive’ loslaat en mij laat aanmodderen met mijn eigen worsteling tegen de eenzaamheid, wordt het misschien wel wat. In ieder geval wordt het dan wel wat rielekster.

donderdag 1 oktober 2015

VRIEND

Vandaag is het 1 oktober en ik vier het heugelijke feit, dat ik met ingang van vandaag de Volkskrant weer in mijn brievenbus krijg. Drie maanden heb ik zonder moeten doen en ik heb hem gemist. Drie maanden  geleden begon het echtscheidingsproces; ik ging weg bij mijn vrouw en mijn vriend Kawus ving mij zorgzaam en liefdevol op. In die drie maanden kocht ik wel eens een los krantje de ene keer op een doordeweekse dag de andere keer op zaterdag maar dat kostte me op te veel. Een doordeweekse Volkskrant kost 2,25 euro een zaterdagexemplaar is 3,50 euro. Maar behalve dat het duur is mis je een soort van continuïteit in de berichtgeving. Zo af en toe een krant geeft het nieuws zo’n hap-snap effect. Dat was des te meer zo omdat ik in die drie maanden verder verstoken was van alle nieuwsbronnen. Kawus had wel tv maar geen Hollandse zenders met nieuws en actualiteitenrubrieken.
Behalve het nieuws, miste ik de boekbesprekingen en de filmrecensies. In juni had ik net zo’n abonnement genomen op Cineville: voor 19 euro per maand onbeperkt  in het hele land naar de bios althans naar de filmhuizen zoals Cinerama en Lantaren-Venster. Pathé doet niet mee.  
Tsja, nu kon ik dus van juli t/m september helaas geen filmrecensies bekijken in de Volkskrant. Heel jammer want ik vaar zo’n beetje blind op de recensies in die krant. Desalniettemin heb ik toch wel wat films bekeken, films waarvan ik zelf toch ook wel wist dat ze goed waren; onder andere ‘Irrational Man’ van Woody Allen, Night of Cups en Dheepan. Ik heb ook  columnisten gemist. Geelen bijvoorbeeld, die tv-criticus en Sylvia Witteman, de vouw met huisgenoot en kinderen (pubers) ,die schrijft over van alles wat ze meemaakt in Amsterdam. De Volkskrant is voor mij een soort vriend die ik drie maanden heb moeten missen. Fijn dat hij er nu weer is.

Dat begrip vriend, weet wat, voor mij. Voor zover ik weet heb ik nu één vriend: de Iranees Kawus. Hij heeft me bij zich in huis genomen toen ik mijn huis uit moest. Hij heeft me geholpen met mijn verhuizing en allerlei klusjes; ik mocht zijn pc gebruiken  en wat deed ik? Ik genoot van zijn gastvrijheid (betaalde er ook wel wat voor), we gingen samen naar de bioscoop, we lazen en spraken Nederlands (Kawus wil heel graag Nederlands leren praten), ik hielp (als domme kracht) met het maken van een badkamer  bij een klusklant van hem.
Vrienden helpen elkaar als het nodig is en doen af en toe leuke dingen met elkaar.
Die vrienddefinitie slaat op Kawus en mij. Voor zover ik kan nagaan is Kawus dan mijn enige vriend.  Hoewel ….
Mijn ex-benedenbuurman Hans heeft mij goed geholpenen en af en toe gaan we met (ex) vrouw en vrouw lekker eten. Iets leuks doen dus. Maar toch zou ik Hans geen vriend willen noemen. Hij is meer de spreekwoordelijk goeie buur die beter is dan een  verre vriend.
Mijn zoon Freek, die volgens mijn ex een van degenen is, wiens leven ik heb geruïneerd,  voldoet wel aan mijn eenvoudige ‘vrienddefinitie’. Hij zei laatst tegen me: ‘ik wil niet alleen je zoon zijn, ik wil ook je vriend zijn’, dat ontroerde me. Hij zei wat ik hem ook wil zeggen: ‘ik wil je vader zijn en je vriend’.

Dus de vriendenteller staat nu zelfs op twee: Kawus en Freek en …. de Volkskrant natuurlijk maar dat is een andere categorie.

woensdag 30 september 2015

NIEUW HUIS

Ik ben nou in de fase dat ik mijn nieuwe huis wil laten zien aan mijn familie, vrienden en kennissen. In het tamelijk onsamenhangende zooitje waarin ik nu woon ga ik ze allen mondjesmaat uitnodigen.

Mijn vriend Kawus was hier al, werkte hier ookl veel en heeft ook een hapje meegegeten. Voor hem had ik de oer-hollandse maaltijd spruiten, aardappelen en een speklapje klaargemaakt; natuurlijk met een heerlijke salade met tomaat en olijven, olijfolie, peper en zout.

De tweede die ik hier uitnodigde was vriend Tom. Hem trakteerde ik op een overheerlijke witlofsalade; het is een gerecht voor een warme zomerse dag en dat was het ook, toen Tom er was. Bij de witlof- salade, bestaande uit stukjes rauwe witlof, appel, banaan, noten overgoten met sinaasappelsap, wordt aardappelpuree geserveerd en een medium gebakken tartaartje.

Voor de derde gast mijn oudste zoon Freek heb ik niet gekookt. Hij was de hele dag bij mij op bezoek en verrichtte allerlei hand- en spandiensten zoals het schonen van de PC en het installeren van de geluidsinstallatie. Als dank daarvoor tracteerde ik hem op een Chinees etentje.

Vervolgens kwam Ralf, mijn jongste zoon, samen met zijn zoon Bent, mijn kleinzoon dus, eens kijken hoe hun vader en opa nu woont. Ze kwamen op de koffie en ik had behalve voor die koffie ook nog voor wat heerlijke chocoladecroissants gezorgd. Koffie is natuurlijk geen drinken voor Bent, een joch van 18 maanden. Hij had zijn eigen yogidrink meegenomen. Bent vond het een geweldig huis. Omdat ik het huis niet heb volgestouwd met meubels blijft er veel ruimte over om heen en weer te rennen en dat deed hij ook naar hartenlust: van voor naar achter van links naar rechts. Bent vermaakte zich trouwens uitstekend met de meest simpele activiteiten. Hij begon met één voor één een aantal boeken uit de boekenkast te trekken. Hij overhandigde ze netjes aan mij. Vervolgens ontdekte hij een chinees theepotje en haalde daar de deksel vanaf om die er even later weer op te zetten. Vader Ralf zei telkens weer bestraffend: ‘Neen Bent, mag niet Bent’ maar daar trok die kleine zich niks van aan: hij herhaalde zijn theepot-actie nog zeker tien keer. Daarna ontdekte Bent de bak met knijpers. Eén voor één werden de knijpers naast elkaar op het zeil in de woonkamer gelegd en bij elke knijper die hij neerlegde keek hij mij even ondeugend lachend aan. Ik vond het helemaal geen probleem sterker ik vond het wel een grappige actie van hem.
Die chocoladecroissant was aan Bent niet besteed. Des te liever at hij een banaan en een kiwi. Voordat Ralf en Bent na twee bezoekuurtjes weer in de auto stapten, hebben we met z’n drietjes nog muurvoetbal gedaan. We hadden er alle drie lol in; het is ook heel aantrekkelijk spelletje dat muurvoetbal: je tikt de bal tegen de muur en je hoeft nooit ver te lopen om de bal weer op te halen. Het is ook de perfecte omgeving om geduldig op je techniek te trainen. Bent was vandaag extra aan het oefenen om, als een keeper, de bal uit zijn handen te schieten.

Mijn ex is was zondag aan de beurt om te komen kijken , wat ik van het huisje gemaakt; ze heeft er (geheel terecht) niet zo veel woorden aan vuil gemaakt. Ook zij heeft bij me gegeten: een macaronietje  met een lekker prutje.


Voor de maandag had ik Adam en Magda uitgenodigd. Ze waren bijna lyrisch over mijn huis.  Adam en Magda komen uit Polen en  samen met hen doe ik ‘Samenspraak’, een soort Nederlandse les: wekelijks twee uur nederlands praten met elkaar zodat zij meer vaardigheid in het spreken van de Nederlandse taal krijgen. Ze hebben heerlijk meegegeten. Ik heb Mexicaanse bonenschotel voor ze gemaakt. Met name Adam heeft er van genoten vooral van de super gezonde bleekselderij, die hij nog nooit eerder had gegeten.