woensdag 21 februari 2018

BIOS

Weet je waar ik vannacht wakker werd? In bioscoop LantarenVenster. Ik was naar die film over die drie Billboards geweest en kennelijk ben ik halverwege in slaap gevallen en ben ik niet gezien door de dienstdoende serveillanten. Want het was half vier in de ochtend dat ik ontwaakte. Echt uitgeslapen was ik nog niet maar ik kon het ook weer niet maken om me om te draaien en verder te gaan pitten. Er was natuurlijk niemand meer in de bioscoop het was dan ook muisstil. Wat vervelender was: alles zat hermetisch op slot. Ik zou alleen naar buiten kunnen door wat schade aan te richten……. En dat zou ik nou erg zonde vinden want ik was een fan van deze bioscoop en het laatste wat ik wilde was deze bioscoop op kosten jagen. Ik kon natuurlijk wachten tot het eerste personeel naar binnen kwam. Dat zullen dan wel de schoonmakers zijn…..rond acht uur zullen ze wel komen. Wat ook kan is dat ik wacht op de eerste beveiliger die binnenkomt. Ik geloof alleen niet dat ik met een beveiliger zo blij moet zijn. Die denkt natuurlijk dat ik wat heb lopen jatten en die gaat er denk ik gelijk politiewerk van maken. Mijn ware verhaal zal noch door de beveiliger noch door de politie worden geloofd. Het leek me dus maar het beste om me voor de beveiligers te verstoppen en er straks als de schoonmakers binnenkwamen tussen uit te glippen.
‘Hé, jij, lange, ja jij, wat doe jij hier?’ Ik hoorde een stem van een Marokkaan die al aardig Nederlands had leren praten maar ik zag helemaal niemand. ‘Ik hoor je wel maar ik zie je niet, waar ben je dan’ ‘Ik sta boven aan de trap, Lange, ik kijk van hieruit zo op je kale koppie. Ik slaap hier nou al een paar maanden elke nacht en nog nooit hebben ze me kunnen me betrappen en dat wil ik houden zo, dus ik wou je vragen om zo snel mogelijk op te  rotten. Alléén kan ik me gedekt houden, met jou erbij ben ik zo gevonden, ben ik veel kwetsbaarder.
‘Je zal van mij geen last hebben want ik ben van plan straks als de schoonmakers komen naar buiten te glippen.’
‘Luister es Lange, de schoonmakers komen pas om half elf, dat zijn de eerste personeelsleden die binnenkomen.’
‘Wat denk je dan, dat ik het beste kan doen om zo gauw mogelijk buiten te komen.’
‘Ik weet, Lange, dat er in de keuken een deur naar buiten is die van binnen uit opengemaakt kan worden; de sleutel ligt in de lepel- en vorkenbak. Je staat daar gelijk langs de Maas en dan kan je alle kanten op die je maar op wil.’
‘Voor mij is het heel belangrijk, Lange, dat ik hier kan blijven slapen. Ik heb namelijk geen huis. Ik ben door mijn huisbaas op straat gezet. Nu slaap ik hier al weer een paar maanden in zaal 6 tussen rij 12 en rij13 en voorlopig wil ik dat zo houden. Ik moet wel; ik kan niet anders

Geen opmerkingen:

Een reactie posten